Met het invoeren van de Omgevingswet, die 26 wetten omvat, wordt participatie in de breedste zin mogelijk gemaakt. Zo is in de Omgevingswet een motiveringsplicht opgenomen. Dit houdt in dat het bevoegd gezag bij het besluit aan moet geven hoe het de omgeving bij de voorbereiding heeft betrokken en wat het met de resultaten heeft gedaan. De motiveringsplicht verplicht daarmee bijvoorbeeld gemeenten om burgers te betrekken.
De motiveringsplicht geldt voor:
Bij het projectbesluit en het omgevingsplan geeft een overheid in een kennisgeving aan hoe het participatietraject eruit komt te zien. Voor de omgevingsvergunning, die dé vergunning wordt voor partijen die iets willen ondernemen, is het de bedoeling dat de initiatiefnemer in de aanvraag moet aangeven of – en hoe – er overleg is geweest met belanghebbenden. Op deze manier is het de bedoeling dat ook op projectniveau participatie gewaarborgd wordt.
Omgevingsvergunning
Ook voor partijen die een initiatief op willen starten biedt de Omgevingswet nieuwe mogelijkheden. Initiatiefnemers van participatieve projecten kunnen een aanvraag doen voor een omgevingsvergunning. Met deze omgevingsvergunning kunnen zij toestemming verkrijgen voor de door hen gewenste activiteiten. Dit moet na de invoering van de Omgevingswet mogelijk zijn via één aanvraag bij één loket. Bij deze vergunningen is het de bedoeling dat de gemeente bij het verstrekken van de vergunning denkt vanuit de ‘ja, mits’-gedachte. Deze aanpak moet zorgen dat oplossingen gezocht worden om een plan uitvoerbaar te maken. Ook wordt de tijd voor de aanvraagprocedure verkort van 26 naar 8 weken.
Het Programma Werklocaties van minister Adriaansens komt in gevaar als bij de uitvoering geen rekening wordt gehouden met de sterke vraagfluctuatie naar bedrijventerreinen. Voor het beleid is het cruciaal dat de komende jaren periodiek een behoefteraming plaatsvindt en dat actuele ontwikkelingen consequent worden gemonitord. >>
Met de lancering van de Woonbalans wil Gemeente Hoeksche Waard de ruimtelijke planvorming voor woningbouwprojecten stroomlijnen en versnellen. Het bordspel maakt snel duidelijk met welke beleidskaders de ambtenaren rekening moeten houden. Wethouder Adriaan van der Wulp: ‘Ook voor de gemeente zelf helpt de Woonbalans om plannen integraler en sneller te beoordelen. >>
Op 1 januari 2024 moet de Omgevingswet ingaan. Ambtenaar Arjan Nijenhuis, voor velen ‘mister Omgevingswet’, heeft het traject van begin af aan meegemaakt, op twee departementen en onder een drietal ministers. Over een paar maanden gaat hij met pensioen. Een reden om met hem nog eens terug en vooruit te kijken. >>
Het voorstel van woonminister Hugo de Jonge om woningbouw te versnellen, kan zorgen voor uitholling van de rechtsbescherming. Dat stelt de Raad voor de rechtspraak in een advies. De Jonge wil dat bij sommige woningbouwprojecten niet langer in twee, maar voortaan in één instantie beroep kan worden aangetekend. >>