De energietransitie is niet enkel op nationale schaal op te lossen. Inwoners, provincies en gemeenten moeten vol aan de bak om de doelen van het Parijsakkoord te halen. Ook in de vier grootste steden, Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht (G4), wordt hier hard aan gewerkt. Naast dat alle nieuwbouw in de G4 aardgasvrij en duurzaam wordt opgeleverd, hebben de steden ook eigen plannen om de energietransitie te versnellen.
Amsterdam
Amsterdam streeft ernaar in 2040 aardgasvrij te zijn. Dat is 10 jaar eerder dan de ambitie van de overige steden. De gemeente Amsterdam heeft om dit te bereiken het fonds ‘Amsterdam Aardgasvrij’ opgericht. Dit fonds is goed voor 150 miljoen euro aan investeringen voor de collegeperiode 2018-2022. Amsterdam heeft ruim 400.000 woningen. In deze collegeperiode gaan ‘drie wijken’ geheel van het aardgas af. De gemeente Amsterdam heeft een routekaart ontwikkeld waar haar volledige ambitie voor de energietransitie te zien is.
Rotterdam
Rotterdam heeft berekend dat de energietransitie tot 2050 ongeveer 50 miljard euro zal kosten. Dit geld moet opgebracht worden door alle betrokken partijen. De gemeente heeft voor de collegeperiode 2018-2022 150 miljoen euro beschikbaar gesteld. Rotterdam heeft ruim 300.000 woningen. Deze collegeperiode worden ongeveer 15.000 woningen verduurzaamd en minstens 10.000 woningen (voorbereid op) aardgasvrij. De gemeente Rotterdam heeft een startnotitie ontwikkeld waar haar volledige ambitie voor de energietransitie te zien is.
Den Haag
Den Haag heeft voor de collegeperiode 2018-2022 een fonds van 18 miljoen euro gecreëerd voor ‘de warmtetransitie’. Den Haag heeft ruim 250.000 woningen. Deze collegeperiode wil Den Haag 25.000 tot 30.000 bestaande woningen van duurzame energie voorzien. Aardgasvrij is hiervoor het uitgangspunt. De gemeente Den Haag heeft een programmaplan ontwikkeld waar haar volledige ambitie voor de energietransitie te zien is.
Utrecht
Utrecht heeft voor de collegeperiode 2018-2022 een budget van 19 miljoen euro beschikbaar gesteld. Daarnaast stelt de regio 5 miljoen euro beschikbaar voor Utrecht vanuit een regionaal energiefonds. Utrecht heeft ongeveer 150.000 woningen. Daarvan moeten in 2030 minimaal 40.000 bestaande woningen van het gas af zijn. De gemeente Utrecht heeft en energieagenda ontwikkeld waar haar volledige ambitie voor de energietransitie te zien is.
Vervoer op batterijen is de efficiëntste manier om mobiliteit CO2-neutraal te maken. De ruimtevraag voor een volledig elektrisch wagenpark is relatief klein. Waterstof en synthetische brandstoffen zijn een alternatief voor grotere vervoersmiddelen, maar daarvoor is veel meer ruimte nodig. Dat blijkt uit onderzoek door het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. >>
In Noorwegen is 80 procent van de nieuw-verkochte auto’s elektrisch. Dat is extreem hoog, maar in Nederland is het aandeel elektrische auto’s ook al bijna een kwart. Terwijl het een paar jaar geleden nog maar 3 procent was. Als al die elektriciteit duurzaam wordt opgewekt, raken we echt op streek met de energietransitie in Nederland. >>
Op Ameland wordt een test gedaan met opslag van zonne-energie via waterstof. Daarmee wil de gemeente kijken of het eiland deels zelfvoorzienend kan worden. Een verzwaring van het elektriciteitsnet naar het vasteland zou door energieopslag met een waterstofaggregaat niet nodig zijn. De pilot maakt onderdeel uit van het Duits-Nederlandse Interreg-project H2Watt. >>
Om de veiligheid van windmolens te garanderen, is een APK-keuring nodig voor oudere turbines. Die moet worden gedaan door een onafhankelijke instantie, bijvoorbeeld de Inspectie Leefomgeving en Transport. Dat bepleit emeritus hoogleraar windenergie Gerard van Bussel op Nu.nl. Afgelopen week brak een windmolen in Zeewolde en vielen de brokstukken op een verlaten dijk. >>