Een van de verschijnselen van de energietransitie is dat mensen steeds meer energie zelf gaan opwekken. Dit betekent dat binnen het huidige energielandschap ingrijpende veranderingen gaan plaatsvinden. De netwerken zullen anders ingericht moeten worden en de traditionele functie van de energieleverancier die als enige energie produceert staat onder druk.
Energiebedrijven gaan in de toekomst een andere rol vervullen. De verandering die optreedt, is de verandering van puur energie leveren naar een rol als energiepartner. Een energiepartner houdt zich meer bezig met de levering van energiegerelateerde producten en services, maar ook met een stukje advies en begeleiding. Daarnaast gaan de vraag en het aanbod van energie niet gelijklopen. Op een zonnige dag produceren zonnepanelen veel energie die vooral ‘s avonds of ’s nachts gebruikt gaat worden. Ook hier kunnen energieleveranciers een rol spelen in de vorm van opslag en distributie.
Met de verschuivende rollen van de energiegebruikers en de producenten, verandert ook de stroming van energie. Met het oprichten van energiecoöperaties hebben burgers zichzelf de rol van energieproducent toegeëigend. Netbeheerders zijn daarom het net geschikt aan het maken voor tweerichtingsverkeer. Ook zien netbeheerders de mogelijkheid om een rol te gaan spelen in het opvangen en overbruggen van de pieken in de stroomvraag. De investeringen van de netbeheerders zijn groot en verdienen zich pas terug op de lange termijn. Mede hierdoor is het vooral voor netbeheerders van belang om slimme keuzes te maken in de aanleg van nieuwe (ondergrondse) infrastructuur. De Wet voortgang energietransitie voorkomt dat netbeheerders verplichte en ongewenste investeringen moeten doen in een gasnetwerk.
Vervoer op batterijen is de efficiëntste manier om mobiliteit CO2-neutraal te maken. De ruimtevraag voor een volledig elektrisch wagenpark is relatief klein. Waterstof en synthetische brandstoffen zijn een alternatief voor grotere vervoersmiddelen, maar daarvoor is veel meer ruimte nodig. Dat blijkt uit onderzoek door het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. >>
In Noorwegen is 80 procent van de nieuw-verkochte auto’s elektrisch. Dat is extreem hoog, maar in Nederland is het aandeel elektrische auto’s ook al bijna een kwart. Terwijl het een paar jaar geleden nog maar 3 procent was. Als al die elektriciteit duurzaam wordt opgewekt, raken we echt op streek met de energietransitie in Nederland. >>
Op Ameland wordt een test gedaan met opslag van zonne-energie via waterstof. Daarmee wil de gemeente kijken of het eiland deels zelfvoorzienend kan worden. Een verzwaring van het elektriciteitsnet naar het vasteland zou door energieopslag met een waterstofaggregaat niet nodig zijn. De pilot maakt onderdeel uit van het Duits-Nederlandse Interreg-project H2Watt. >>
Om de veiligheid van windmolens te garanderen, is een APK-keuring nodig voor oudere turbines. Die moet worden gedaan door een onafhankelijke instantie, bijvoorbeeld de Inspectie Leefomgeving en Transport. Dat bepleit emeritus hoogleraar windenergie Gerard van Bussel op Nu.nl. Afgelopen week brak een windmolen in Zeewolde en vielen de brokstukken op een verlaten dijk. >>