Enkele jaren geleden stapte het VU MC als eerste Nederlandse ziekenhuis over op stadswarmte. Sindsdien hebben nog meer medische instellingen de overstap gemaakt, waaronder het LUMC, MC Slotervaart, het Maasstad Ziekenhuis, het AMC en daarnaast de bloedbank Sanquin Amsterdam.
Aan woonwijken op stadswarmte raken we langzamerhand gewend. Maar waarom kiezen nu ook steeds meer ziekenhuizen voor een aansluiting op het warmtenet? En wat betekent de overstap precies, nu en in de toekomst?
Volgens Marcel Meiling, senior accountmanager Nuon, is de reden dat ziekenhuizen voor stadswarmte kiezen drieledig:
1. "ziekenhuizen verkleinen heel sterk hun (lokale) CO2-voetafdruk,
2. ze verlagen de hoge gaskosten
3. én ze genieten van de lusten van warmte zonder de lasten van het onderhoud.”
Stadsverwarming is bovendien een betrouwbare voorziening voor een omgeving waar de allerhoogste kwaliteitseisen gelden, zo blijkt uit de ervaringen van ziekenhuizen die er al gebruik van maken.
Een kleinere CO2-voetafdruk en lagere kosten
Meiling vertelt dat ziekenhuizen gemiddeld een miljoen tot twee miljoen kuub gas per jaar verbruiken. “Dat brengt natuurlijk ook een behoorlijke CO2-uitstoot mee. Draaien ziekenhuizen in plaats van de gaskraan de warmtekraan open, dan stoten ze soms tot wel tachtig procent minder CO2 uit.” De warmte die de ziekenhuizen gebruiken, komt van een afvalverbrandingscentrale of een elektriciteitscentrale. Restwarmte die hier vandaan komt, krijgt zo een nuttige bestemming.
'Draaien ziekenhuizen in plaats van de gaskraan de warmtekraan open, dan stoten ze soms tot wel tachtig procent minder CO2 uit.'
Bloedbank Sanquin sluit dit jaar een deel van zijn farmaceutische fabriek aan, een gebouw waarmee flinke winst te boeken is wat betreft duurzaamheid. Projectmanager Jordy Pedd vertelt: “We verwarmen de farmaceutische fabriek nu nog grotendeels met stoom, een energie-intensieve toepassing.” Roy van der Mark, Sanquins interne opdrachtgever voor stadswarmte, voorspelt: “Door voor alleen al dit deel van ons gebouwbestand over te stappen op stadswarmte, besparen we ten opzichte van 2013 zo’n acht procent CO2-uitstoot op de totale CO2-uitstoot – inclusief elektraverbruik – van de locatie Plesmanlaan.” Sanquin zet daarmee een belangrijke stap in de Europese doelstelling van 20 procent CO2-reductie in 2020.
Naast het voordeel van de milieuvriendelijkheid zien veel ziekenhuizen de aantrekkelijke kosten als groot pluspunt van stadsverwarming. Zo zijn (hoge) onderhoudskosten aan de cv-ketels verleden tijd, net als hoge gasrekeningen. Alleen de aansluiting zelf en de nodige aanpassingen daarbij vragen om een investering.
MC Slotervaart kiest voor een strategisch moment om deze aanpassingen te doen. Jack Verhoeven, manager techniek bij MC Slotervaart: “Onze cv-ketels zijn twintig jaar oud en voldoen niet meer aan de milieunorm van 2017. We hadden die kunnen vervangen door nieuwe ketels, maar als organisatie zagen we in dat dat niet rijmde met onze klimaatdoelstellingen en die van de gemeente.” Samen met Nuon past het ziekenhuis de komende maanden de bestaande installatie aan, zodat deze geschikt is voor stadswarmte. Er moeten bijvoorbeeld transportleidingen, frequentiegeregelde pompen en terugslagkleppen komen om de warmte door het gebouw te verspreiden.
Betrouwbaarheid essentieel
Om de ziekenhuizen extra te motiveren voor aansluiting op stadswarmte, betalen ze geen aansluitkosten, maar alleen de verbruikte gigajoules. Hierin speelt mee dat Nuon zogenoemde bivalente aansluitingen levert aan ziekenhuizen. Meiling legt uit: “In extreme omstandigheden, bijvoorbeeld heel hevige vorst, of bij onderhoudswerkzaamheden, kunnen we geen optimale levering garanderen. Het kan voorkomen dat alle stadswarmte nodig is voor woonhuizen. Ziekenhuizen kunnen dan gebruikmaken van hun cv-ketels.”
Redundantie is essentieel in de medische wereld, bevestigt Pedd. “We moeten ons materiaal, zoals bloed en medicijnen, onder de juiste omstandigheden bewaren. In cleanrooms circuleert bijvoorbeeld lucht, die constant afhankelijk van het seizoen opgewarmd en gekoeld wordt. Er gelden strikte grenzen aan de temperaturen van de lucht om ons kostbare materiaal goed te kunnen bewaren.” Van der Mark vertelt dat Sanquin daarom ook de warmteafgifte in de gebouwen met extra warmtewisselaars realiseert. “Zo kunnen de gevolgen van eventuele lekkages niet doordringen tot ons kernsysteem. De cv-waterdruk in ons gebouw blijft dan zoals deze zou moeten zijn en alle processen kunnen ongestoord doorgaan.”
Naast noodsituaties vragen bepaalde reinigingsprocessen in ziekenhuizen nog om gas. Ontsmetten gebeurt bijvoorbeeld op zeer hoge temperaturen en vaak met stoom. Hiervoor is stadswarmte (nog) niet toereikend. Op het gas dat daarvoor nodig is, krijgen ziekenhuizen korting.
Samenwerken met gemeenten
Voor gemeenten met ambitieuze klimaatdoelstellingen zijn de aansluitingen van ziekenhuizen op warmtenetten als laaghangend fruit. Nuon werkt dan ook nauw samen met gemeenten. Zo investeren de gemeente Amsterdam en Nuon onder de noemer Westpoort Warmte samen aan de warmtelevering in noordwestelijk Amsterdam.
De warmteaansluiting van Sanquin maakt deel uit van het City-zen Project, een overkoepelend duurzaamheidsproject vanuit de Europese Unie waaraan onder meer de gemeente deelneemt. Van der Mark: “Daarin werkt Amsterdam samen met partners aan innovatieve energie-oplossingen. We doen bijvoorbeeld een project in samenwerking met Waternet waarmee we koelen met drinkwater en we willen onze warmte-koudeopslag in de grond uitbreiden.”
Pedd vult aan: “We gebruiken ook mechanische koeling, al wordt de inzet hiervan zoveel mogelijk teruggedrongen. Beide projecten worden mogelijk gemaakt met behulp van Europese subsidie. In de periode tot 2019 vinden een aantal grootschalige ontwikkelingen plaats op het Sanquin-terrein. Ieder gebouw dat we aanpakken, sluiten we aan op het warmtenet. Zo bewegen we mee met de gemeente Amsterdam.”
MC Slotervaart heeft samen met andere ziekenhuizen in Amsterdam een convenant met de gemeente gesloten. Verhoeven vertelt: “Er zijn duurzaamheidsdoelen voor ons gesteld door de gemeente. Eén van die doelen is reductie van CO2-uitstoot. Naast dat we ons aansluiten op stadswarmte, schakelen we over op LED-verlichting, we vervangen enkel glas door HR++ glas en schaffen alleen nog energiezuinige apparaten aan.”
Ziekenhuizen en de farmaceutische industrie kunnen een enorme bijdrage leveren in de energietransitie, vinden Meiling, Verhoeven, Pedd en Van der Mark. Een aansluiting op stadswarmte is daarbij verreweg de slimste en meest effectieve maatregel. De grootste uitdaging ligt erin bestaande bouw van het gas af te halen, aangezien daar de meeste aanpassingen nodig zijn en niet overal een warmtenet in de buurt ligt. Bij alternatieve oplossingen, bijvoorbeeld een warmte-koudeopslag, zijn de aanpassingen echter ingrijpender.
Pedd benadrukt dat vertrouwen in stadswarmte op zijn plaats is: “De business cases laten zien dat stadswarmte zichzelf terugverdient en daarnaast is het voor onze organisatie voldoende betrouwbaar. Zelfs wij, een bloedbank en een farmaceutisch bedrijf met hoge eisen en technisch gecompliceerde systemen, kunnen draaien op stadswarmte. Dan moeten heel veel andere organisaties dat ook kunnen!”