De ruimte in Nederland is zo schaars geworden dat iedereen betrokken is bij de ruimtelijke dialoog, stelde de minister vandaag tijdens het evenement Ruimtedialoog 2024 van het PBL in Den Haag. In de zaal onder meer gemeenten, ministeries en kennisbureaus.
Met een aanhoudende bevolkingsgroei in het vooruitzicht, Keijzer denkt zelf 20 miljoen in 2040, en de komst van de nieuwe Nota Ruimte, verwacht in het tweede kwartaal van 2025, sprak Keijzer lovend over één strategie: ruimte combineren.
‘We komen uit een tijd van luxe, waarin ruimten zoals wonen en werk werden gescheiden. Dit is niet meer het geval, en dus moeten we kiezen voor slimme combinaties.’
Ze noemde een aantal voorbeelden: oefenterreinen van Defensie zijn ook geschikt in natuurgebieden, wandelen en fietsen is mogelijk op landbouwgebied, parkeren kan ook onder duinen, ook natuurgebied kan in combinatie met landbouwgrond. ‘Dit is de weg naar de toekomst', aldus de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO).
Landbouwgrond per definitie beschermen lijkt daarmee niet heilig voor de BBB-minister. ‘Veel landbouwgrond is al verkocht aan beleggers en ontwikkelaars. Die boeren pachten en weten waar ze aan toe zijn’, zei ze. ‘We hebben maar een half procent landbouwgrond nodig voor woningbouw.’
Het vrijmaken van meer speelruimte is belangrijker, vindt Keijzer. Zo was de minister erg kritisch op de hedendaagse brei van wet- en regelgeving.
‘Als we al onze vraagstukken -voor wonen, energie, mobiliteit of werk- willen aanpakken onder de huidige wet- en regelgeving, hebben we een extra Nederland nodig. We moeten dus gaan inpassen, anders lopen we bovendien de kans dat enkele ruimtelijke sectoren de overhand krijgen.’
De huidige wetten en regels zijn volgens de minister te veel ontstaan vanuit individuele belangen. ‘De ruimtelijke invulling is geen gesprek meer, maar een brei aan preken vanuit eigen belang. Door alle wetmatige procedures die daaruit volgen, hebben we ons nu “in de hoek geschilderd”. Daar moeten we weer uit.’
Als voorbeeld noemde ze luchtkwaliteit. Dat is nu geregeld via de Omgevingswet. Dat hindert bouwplannen, zei ze. ‘Niet dat luchtkwaliteit niet belangrijk is, maar we kunnen dat anders regelen.’
Bovendien betekent “hinder” niet altijd dat er niet gewoond kan worden. Zo wonen veel mensen in het nieuwe HafenCity in Hamburg en ervaren ze geluiden van de haven. Daar hebben ze geen probleem mee, zegt Keijzer.
Liever ziet de minister dat de onderliggende normen achter wetten en regels weliswaar blijven gelden, maar niet direct onderdeel zijn van bijvoorbeeld de bouwvergunningstoets. 'Anders lopen we vast.’
Volgens Keijzer moeten we niet te snel accepteren dat bepaalde combinaties, zoals wonen op industrieterreinen, onmogelijk zijn. ‘We moeten in gesprek met elkaar. Uiteindelijk zullen wij, samen met provincies, gemeenten en waterschappen kiezen welke strategie we toepassen in de nieuw Nota Ruimte. “So what's it gonna be, boy?”’