Veldhuis uit in het artikel harde kritiek op een gebrek aan regelgeving. Daardoor kunnen veel bedrijven ondergronds ongestoord hun gang gaan. ‘Het is wie het eerst komt wie het eerst maalt… het past gewoon straks niet meer’, aldus Veldhuis. 

‘We leven in een tijd dat als iemand van een netbeheerder langskomt de straat gewoon wordt opengetrokken om te kijken waar er plek is’, aldus de Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving.

Vanwege de energietransitie moeten een op de drie straten open voor warmteleidingen en dikkere elektriciteitskabels. Ook voor de aanleg van glasvezelleidingen moet er gegraven worden. Verder moet op korte termijn plek worden gevonden voor bijna 50.000 transformatorhuisjes. Daardoor wordt het alleen maar drukker in de ondergrond. 

Kennisbijeenkomst vitale gezonde bodem

Op donderdag 12 december staat de vitale, gezonde bodem centraal tijdens een kennisbijeenkomst bij ELBA\REC in Amersfoort. 

Onder meer over BiodiverCITY: Ontwerpen voor een Vitale Stadsbodem door Joyce van den Berg, senior hoofdontwerper gemeente Amsterdam en regisseur Mark Verkerk van de documentaire Onder het maaiveld.

Krijg meer informatie of schrijf je direct in

'Het past straks gewoon niet meer, dan moet stadsverwarming bijvoorbeeld als buis door de lucht en kan er geen boom meer geplant worden. Als het onder de straat één grote kabelgoot is, dan is er geen ruimte meer voor de wortels’, waarschuwt Veldhuis in de krant.

Veldhuis is niet de enige die zorgen heeft om de ondergrond. Hoofdontwerper Joyce van den Berg van de gemeente Amsterdam ziet ook dat er steeds minder ruimte komt, onder meer voor groen. ‘Groen wordt nu door technici van kabels en leidingen snel eruit gebonjourd’, zegt ze.

Om het tij te keren, ontwikkelde Van den Berg de ‘Integrale Ontwerpmethode Openbare Ruimte (IOOR)’. Daarbij staan de ondergrond en het meervoudig functiegebruik voorop. Ze brengt publieke en private partijen in een vroeg stadium samen. Zo kan ze ondergronds ruimte reserveren voor zowel energiesystemen, de hitte- en neerslagproblematiek, circulariteit en natuurinclusief ontwerpen.

Van den berg zegt dat gebiedsontwikkelingen voortaan van de ondergrond naar de bovengrond moeten gaan en niet langer andersom.