Steden zijn de belichaming van de horizontale samenleving, betoogt Rob van Gijzel in dagblad Trouw. Hij veegt vervolgens de vloer aan met de nationale overheid, omdat die zaken van bovenaf oplegt.
Een land is volgens Van Gijzel niet meer dan een ‘bestuurlijk-geografische aanduiding’. Hij refereert aan de Amerikaase politicoloog Benjamin Barber die in zijn boek ‘If Mayors Ruled the World’ verklaarde dat de natiestaat uit is. ‘Dit wordt de eeuw van de steden, aldus Barber.
Burgemeesters moeten hun stad vooral als bedrijf runnen, voor het stadsbestuur écht overbodig raakt.
If mayors ruled the world? Burgemeesters gaan over de openbare orde, ze voeren geen oorlogen. Gelukkig maar. Maar de stad gaat niet over welvaarsverdeling en gevoelige ethische zaken, waterveiligheid, vluchtelingenbeleid, onderwijs, volksgezondheid, defensie, criminaliteitsbestrijding en kostbare cruciale infrastructuren. De nationale overheid haalt voor onze steden de kastanjes uit het vuur.
Echt wezenlijke zaken worden op nationaal niveau bevochten, en daar vallen spaanders. Menig burgemeester overleefde de transfer naar de échte wereld (van de nationale politiek) dan ook niet.
Ik vind het ongepast (en onzinnig) om steden met hun horizontale werkwijze moreel boven een verticaal opererende nationale overheid te plaatsen zoals Van Gijzel doet, omdat het appels met peren vergelijken is.
Het stadsbestuur en burgemeesters hebben een beperkt mandaat van uitvoerende taken. Het publiek ziet dat blijkbaar ook, want de opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen is significant lager dan bij de landelijke verkiezingen.
De desinteresse bij burgemeestersverkiezingen spant de kroon. In Londen bracht de verkiezing van de eerste burger 38 procent van het electoraat op de been. In New York en Los Angeles was dat respectievelijk 24 procent en 21 procent. Dat kun je amper een democratische legitimatie noemen.
Door de opkomst van een machtsblok van goed geïnformeerde en permanent verbonden burgers kan de desinteresse leiden tot een verdere desintegratie van de machtsbasis en tot slot: het overbodig raken van het stadsbestuur. Immers, uitvoerende taken kun je ook prima aan private partijen overlaten. Besluitvormingsprocessen kunnen digitaal worden afgehandeld.
Menig burgemeester overleefde de transfer naar de échte wereld niet
De autoriteit van het stadsbestuur is anno 2016 allesbehalve een automatisch gegeven. Autoriteit moet je meer dan ooit verdienen. Maar hoe? Van Gijzel geeft zelf het antwoord. Steden zijn de economische motoren van de wereld. Dan moeten ze ook als zodanig bestuurd worden en de (wettelijke) ruimte krijgen.
Niet door burgemeesters de wereld te laten regeren, maar door burgemeesters steden als bedrijven te laten runnen. Steden zijn immers van oudsher marktplaatsen, productiehuizen en brandpunten van innovatie. De staat zorgt wel voor de rest.
Van Gijzel was een perfecte CEO van het bedrijf Eindhoven en zijn talent en ervaring valt nu hopelijk een andere stad ten deel, of het bedrijfsleven.