‘Met dit besluit houden we ons aan onze belofte om genoeg bedrijfsruimte in Rotterdam beschikbaar te houden', zegt wethouder Robert Simons (Economie).
‘Door deze voorwaarde te stellen, geven we de maakindustrie de ruimte die ze nodig heeft. Dat is niet alleen goed voor onze economie, maar ook voor de banen van Rotterdammers.’
Volgens het besluit van de gemeente mag het voormalige Hunter Douglas-terrein in Feijenoord herontwikkeld worden, met de mogelijkheid voor woningen en voorziening. Maar dat mag alleen met de voorwaarde dat er minimaal 33.000 vierkante meter aan bedrijfsruimte komt.
Daarvan moet minstens 18.000 vierkante meter bestemd zijn voor bedrijven in milieucategorie 3.1. Deze categorie classificeert de milieubelasting van bedrijven, zoals geluid, geur, afvalstoffen en emissies.
Bedrijven in milieucategorie 3.1 kunnen in stedelijke gebieden worden ingepast. Dit zijn bijvoorbeeld kleinere metaalbewerkingsbedrijven, scheepsonderhoudsbedrijven, en bepaalde soorten opslag- of recyclebedrijven.
Bij een geluidsproductie van 50 decibel adviseert de VNG om vijftig meter afstand te bewaren van een gemend woongebied. Dat staat in hun nieuwe handreiking Activiteiten en milieuzonering, die gemeenten helpt bij het inpassen van milieubelastende activiteiten in gebieden.
Kansrijk voor maakindustrie
Het voormalige Hunter Douglas-terrein is één van de laatste binnenstedelijke watergebonden locaties met een hogere milieucategorie (HMC). ‘Door de ligging bij het water is het terrein bij uitstek kansrijk voor de maritieme maakindustrie. Een sector die van vitaal belang is voor zowel de Rotterdamse als de nationale economie', aldus de gemeente.
De gemeente spreekt in de raadsbrief van een uitzonderlijke keuze. ‘De afgelopen jaren zijn veel bedrijventerreinen getransformeerd ten behoeve van woningbouw. Het gemeentebesluit om het Hunter Douglas-terrein grotendeels te bestemmen voor de maakindustrie, is dan ook een trendbreuk.’
Wethouder Simons: ‘Met het Actieplan Bedrijfsruimte hebben we ons voorgenomen om genoeg plek te houden voor de maakindustrie in de stad. Vakmensen blijven keihard nodig, nu en in de toekomst, onder andere voor de energietransitie. Dit besluit draagt hier direct aan bij en biedt volop kansen voor onze Rotterdamse ondernemers.'
Volgens de gemeente maken bedrijven op een locatie als deze het mogelijk om onafhankelijk te blijven van buitenlandse producenten. ‘Ook biedt het werkgelegenheid en kan hier gewerkt worden aan thema’s als energietransitie, circulariteit en de maritieme maakindustrie.'
Nieuwe bestemming
In 2020 stopte fabrikant Hunter Douglas met de productie van aluminium zonweringen op het Feijenoordse terrein. Enkele bedrijven maakten hierop hun intrede in de panden. Sindsdien wacht het grote bedrijfsterrein aan de Piekstraat op een nieuwe grootschalige bestemming.
Grondeigenaar 3G Capital wil de grond verkopen. De gemeente ging de afgelopen tijd met het investeringsfonds aan tafel om de toekomstige invulling van het terrein te bespreken. ‘Met de duidelijke randvoorwaarden die we nu vaststellen, borgen we de bestemming van het terrein voor bedrijven.’