Inwoners van steden hebben steeds meer te besteden, blijkt uit de benchmark, die de economische vitaliteit van de honderd grootste centrumgebieden van Nederland in kaart brengt. En dat is goed voor de horeca en de detailhandel.

Desondanks zien deze bedrijven hun inkomsten ook snel weer verdwijnen. Dat komt door verschillende gestegen vaste lasten, zoals hogere bedrijfskosten, hogere energiekosten en huurprijzen van winkelpanden.

Mede hierdoor is het aantal voorzieningen in stadscentra gedaald, van gemiddeld 461 in 2019 tot 431 in 2024. Ook de verschuiving naar online winkelen, personeelstekorten, de nasleep van de coronapandemie en een gebrek aan opvolging dragen bij aan het verdwijnen van winkels.

‘We zien minder kleding-, fietsen-, schoenen-, sport-, en woonwinkels. In de binnensteden zijn ten opzichte van 2022 de horecavoorzieningen ook afgenomen. Voor de grote én middelgrote centrumgebieden is dit niet het geval', zeggen de onderzoekers.

Groen, zitplaatsen, aankleding en evenementen 

De benchmark onderzocht ook de ruimtelijke kwaliteit in de steden. Hieruit blijkt dat het aandeel leegstand aardig stabiel blijft, door het transformeren van panden naar functies zoals wonen, en door de verbeterde compactheid van binnensteden.

Gebieden die investeren in vergroening en digitale vindbaarheid, zoals stadswebsites met praktische informatie, zien een stijging in economische vitaliteit. Wat betreft bereikbaarheid, worden centra goed bezocht door alle vervoerswijzen: te voet, met de fiets, het openbaar vervoer en de auto.

‘Bezoekers willen een schoon en veilig centrumgebied, waar sfeer en gezelligheid het verschil maken', zegt Guido Scheerder, adviseur retail & centrumontwikkeling van Goudappel.

Dat is mogelijk door te investeren in onder meer groen, zitgelegenheden, sfeervolle aankleding en evenementen die aansluiten op de wensen van bezoekers. ‘Dit verbetert niet alleen het huidige verblijfsklimaat, maar ook het vestigingsklimaat voor nieuwe winkels en horecagelegenheden.’

Zwolle en Den Bosch stijgen

De top vier van meest vitale centrumgebieden blijft ongewijzigd ten opzichte van 2022: Utrecht, Amsterdam, Den Haag en Haarlem behouden hun positie. In de top tien is wel een verschuiving te zien bij Zwolle en Den Bosch, die beide twee plekken stijgen.  
 
In Den Bosch spelen onder andere de veiligheid en verbeterde kwaliteit van de leefomgeving, waaronder meer groen (en minder zomerhitte) een rol. In Zwolle is de stijging onder andere te verklaren door een groei van het besteedbaar inkomen (iets hoger dan de landelijke trend), een meer divers aanbod en een compacter stadscentrum.

In de middenmoot zijn er meer verschuivingen zichtbaar, voornamelijk door veranderingen in leegstand. Almere en Roosendaal maken een forse stijging door een daling in leegstand, terwijl factoren zoals diversiteit van het aanbod, autobereikbaarheid en demografische indicatoren ook invloed hebben op de rangschikking in deze regio.

Een constante in de benchmarkresultaten is dat de grote, vaak historische binnensteden hoog scoren door het diverse voorzieningenaanbod en de aantrekkelijke ruimtelijke kwaliteit. Planmatig opgezette winkelgebieden hebben vaak te maken met een lager onderscheidend vermogen.

In voorstedelijke gebieden spelen ook demografische trends een cruciale rol in de lagere vitaliteit. In deze gebieden is de bevolkingsgroei langzamer en de vergrijzing sterker.

Top 10 vitale grote binnensteden 2024: 

  1. Utrecht 
  2. Amsterdam
  3. Den Haag 
  4. Haarlem 
  5. Den Bosch 
  6. Breda 
  7. Nijmegen 
  8. Zwolle 
  9. Delft 
  10. Amersfoort (nieuw) 
     

 Grootste stijgers 2024: 

  1. Schagen 
  2. Heemskerk 
  3. Schiedam 
  4. Lelystad 
  5. Hardenberg 

Schagen vergroent 

Een opvallende stijger in deze editie is Schagen, die een opmerkelijke sprong maakt van plek 74 naar plek 42. Regionaal profiteert de stad, en de gehele regio, van de aantrekkingskracht van nabijgelegen steden zoals Amsterdam en Haarlem.

Ook droeg de stad zelf bij, met een positieve bevolkingsprognose, een sterke vermindering van de leegstand en een compacter centrum dat de aantrekkelijkheid van het gebied aanzienlijk heeft vergroot.

‘Een belangrijke pijler was de vergroening in het centrum van Schagen. Steeds vaker worden maatregelen genomen om gemotoriseerd verkeer te verminderen en stadscentra te vergroenen en leefbaar te houden', vertelt Scheerder.

‘Deze maatregelen worden vaak met argwaan bekeken door ondernemers. Het is daarom cruciaal om de economische effecten van mobiliteitsmaatregelen vooraf in kaart te brengen en ondernemers vanaf de planvorming te betrekken. Samenwerken aan een maatwerkplan met een sterke onderbouwing loont.’

Dit is de vijfde editie van de Vitaliteitsbenchmark Centrumgebieden, die de economische vitaliteit van de honderd grootste centrumgebieden van Nederland in kaart brengt. De lijst maakt onderscheid tussen 31 grote binnensteden, 30 grote centrumgebieden en 39 middelgrote centra.