De pilot koppelde data van RVO en het Kadaster. Het doel was om meer inzicht te geven aan de gemeente in de verschillende isolatiekenmerken van woningen.
‘Het Kadaster selecteerde alle 75.000 woningen in de gemeente Apeldoorn en deelde deze met RVO', zegt Monique Lacroix, adviseur bij RVO. De rijksdienst voegde daar de verschillende waarden en beschrijvingen van de isolatie aan toe: voor gevels, vloeren, daken, ramen, deuren en muren. ‘We hielden ook rekening met het jaar waarin het energielabel was uitgegeven.’
RVO vulde de dataset verder aan met het type woningeigenaar en maakte de isolatiekenmerken vergelijkbaar. Op basis van bouwjaar en isolatiewaarde of beschrijving maakte de Rijksdienst variabelen voor gevel, dak, vloer, glas leefruimte en glas slaapruimte.
‘Daarna deelden we ze in naar ‘goed’, ‘redelijk’ en ‘slecht’ geïsoleerd', zegt collega Björn Driessen (adviseur energietransitie gebouwde omgeving). Dit was mogelijk voor 66 procent van de woningen.
De dataset maakt het vooral mogelijk om gericht vragen te stellen. Bijvoorbeeld wanneer beleidsmakers willen weten welke woningen geen vloerisolatie hebben en wie daarvan de eigenaren zijn.
‘Deze vinden we in Apeldoorn Zuidoost', licht Marion Plegt, onderzoeker bij het Kadaster, toe. ‘Daar hebben 3.550 woningen een slecht geïsoleerde vloer. Dat is ongeveer 53 procent van alle woningen daar met een energielabel.’
Meer inzicht nodig
Om de woningvoorraad te verduurzamen hebben gemeenten meer inzicht nodig in de isolatiewaarden van woningen per wijk of buurt, stellen het Kadaster en RVO. Dit was aanleiding voor het onderzoek.
De mate van isolatie verschilt namelijk behoorlijk per woning. Vaak is dit afhankelijk van het bouwjaar en of de woning al voor een deel verduurzaamd is. Voor het aanleggen van een warmtenet is het belangrijk dat woningen voldoende geïsoleerd zijn.
De mate van isolatie kan ook binnen een woning behoorlijk verschillen. Waar bepaalde delen ‘goed’ of ‘redelijk’ scoren, kunnen andere delen van het huis slechter geïsoleerd zijn. In Apeldoorn troffen de onderzoekers ruim 300 van zulke combinaties aan.
De datakoppeling van het Kadaster en RVO moet gemeenten meer houvast bieden. ‘Deze informatie kan een aanleiding zijn om in gesprek te gaan met bewoners van matig of slecht geïsoleerde woningen. Of met woningcorporaties om verduurzaming efficiënter aan te pakken', zegt Driessen.
Het Kadaster besprak de uitkomsten van het onderzoek ook met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).