‘De sterk verschillende ruimtelijke structuur van steden, voorsteden en overige gemeenten en de mogelijkheden en onmogelijkheden om groen aan te planten vereist een op de situatie afgestemde aanpak waarbij ruimte moet blijven voor afwegingen op lokaal niveau’, zegt VNG tegen Stadszaken.
Met de komst van de Omgevingswet is natuur voor gemeenten al een integraal onderdeel van ruimtelijke beleid, aldus de VNG. De vereniging is dan ook niet voor een landelijke norm die regeldruk vergroot en handelingsvrijheid inperkt.
Dat ziet Stichting Steenbreek toch anders. ‘Willen we goede groenvoorzieningen in onze dorpen en steden dan is borging in planvorming een voorwaarde. Dat groen enkel decoratieve waarde had, ligt ver achter ons en dat wordt in het document ook bevestigd’, zegt Roel van Dijk van Steenbreek.
De stichting zet zich al langer in voor het vergroenen van steden en dorpen, onder meer door acties en communicatiemateriaal beschikbaar te stellen voor aangesloten gemeenten. De stichting werkt samen met overheden, projectontwikkelaars, woningbouwcorporaties, kennis- en onderwijsinstellingen en andere maatschappelijke organisaties.
Integrale benadering
'De integrale benadering van groen op basis van de beschreven doelen, zoals voor het versterken van biodiversiteit, leefbaarheid, het stimuleren van gezondheid en het beperken van hittestress en wateroverlast en droogte spreekt ons zeer aan.’
‘We kunnen niet zonder groen, want zoals ook vermeld staat: niet vergroenen heeft negatieve gevolgen. Laat dit een eerste stap zijn die gemeenten meer richting geeft om te komen tot kwalitatief goede groenvoorzieningen in de publieke en private ruimte.’
Cecil Konijnendijk, verbonden als onderzoeker en ereprofessor aan University of British Columbia en aan het Nature Based Solutions Institute, zegt dat in de huidige groennormen onder meer een maatstaf voor biodiversiteit ontbreekt.
In de handreiking Groen in en om de Stad (GIOS), die het kabinet vorige week publiceerde, wordt ook gesteld dat bestaande groennormen, zoals de 3-30-300-regel niet het complete spectrum van vergroening afdekt.
‘Politici beginnen in te zien dat we meer moeten inzetten op vergroening, anders zie je toch dat groen achteruit blijft gaan’, zegt hij tegen Stadszaken.
Afname vergroening
Konijnendijk wijst op LinkedIn onder meer op het recente rapport van architecten- en ingenieursadviesbureau Sweco. Dat toont aan dat het niet goed gaat met de vergroening in Nederland.
Sweco trok die conclusie na monitoring van 124 gemeenten binnen de Groene Stad Challenge, een initiatief van Sweco, NL Greenlabel en Husqvarna Nederland BV. Die onderzochten op grote schaal of dorpen en steden in Nederland ook echt groener worden.
Vooral het aandeel groen in tuinen neemt af, laat het rapport zien. Veel mensen richten hun tuin nog in met tegels, bestrating en kunstgras.
Volgens Konijnendijk heeft de overheid geen keus om in te zetten op normering. Het gaat niet alleen om biodiversiteit en klimaat. Uiteindelijk gaat het om gezondheid, zegt de wetenschapper.
‘Normen zijn goed, we hebben ze nodig, anders zie je toch dat vergroening het steeds aflegt in de discussie over wegen, woningbouw, industrie, enzovoort. Met deze handreiking staat de groene sector sterker.’