Het voornaamste doel van Live is om de impact van ruimtelijke keuzes te laten zien aan beleidsmakers. Een digital twin en gekoppelde live-data vormen daarin de basis. Waar gemeenten vaak op stad- of straatniveau opereren, doet deze tool dat met name op wijkniveau.

‘Het wijzigen van elementen, zoals een nieuw woonblok, extra groen, of andere parkeerruimte, wordt doorgerekend op de hele digitale omgeving’, vertelde Anne Dullemond van softwarebedrijf StrateGis, de maker van het dashboard. ‘Het toont de impact op bijvoorbeeld watervorming, hitte, verkeersdrukte of fijnstof.’

Die wegwijzer is nodig omdat op 'een vierkante meter tegenwoordig al talloze vraagstukken spelen', benadrukte wethouder Johnas van Lammeren (informatievoorziening). Daarmee doelt hij op opgaven zoals hittestress, verkeersdrukte of geluidsoverlast.

Met de Amersfoortse wijk Liendert als testcase is project Live, dat van de EU een miljoen aan subsidies kreeg, de afgelopen jaren ontwikkeld. Onder meer gebruiksgemak, snelheid en flexibiliteit stonden daarin centraal. Omdat de basis nu klaar is, willen de ontwikkelaars van Live het product verbeteren door het ook in te zetten in andere projecten.

‘Live wordt nu toegepast bij nieuwbouwwoningen voor Langs Eem en Spoor', zei Dullemond. ‘Ook werken we aan een app waarmee bewoners visueel toegang krijgen tot hun digitale wijk.’

Een volgende stap is om de digital twin in te zetten in andere gemeenten. Daarvoor waren verschillende gemeenten vandaag aanwezig bij een demonstratie van Live in Amersfoort. Onder meer Hengelo, Dordrecht, Almere en Haarlemmermeer namen deel.

Van alle gemeenten gaf een derde aan data en nieuwe technologieën onvoldoende te gebruiken bij opgaven in de herinrichting. Naast de werking van het dashboard ging de aandacht daarom vooral naar de wijze waarop gemeenten het product met succes kunnen implementeren in hun proces.

Zeven adviezen

Begin met een visie, klonk het advies. Door de hoeveelheid benodigde data en de daaruit volgende hoeveelheid mogelijkheden is het niet raadzaam om zomaar aan de slag te gaan, benadrukte aanwezige Patrick Wever van gemeente Haarlemmermeer. ‘Ga eerst aan de slag met een kader en een gezamenlijk plan.’

Neem alle mensen mee bij de aftrap. ‘Veel collega's werken vaak heel gesprokkeld aan een project, zoals de manager, adviseur of architect', vertelde informatieadviseur Dion Fleury, die vanuit gemeente Amersfoort betrokken was bij Live. ‘Ook partners komen af en toe om de hoek kijken. Zorg dus dat je zoveel mogelijk gezamenlijk optrekt', zei Fleury.

Illustratie van een hoe gezamenlijke aftrap (onderin) eruitziet. In groen het project. Beeld: Dion Fleury 


Neem over wat al gemaakt is, maar voeg maatwerk toe waar nodig. Voor Live ontwikkelde StrateGis het dashboard en de koppeling met de ruimtelijke data. Dit werk kan voor een deel over worden genomen bij projecten van andere gemeenten. 

Wel moeten gemeenten zorgvuldig kijken naar de benodigdheden voor hun visie, zoals bij het ontwikkelen van een digital twin. In het geval van Liendert zette meetbureau Geomaat drones en scanauto's in om de wijk vast te leggen. Dit in goed contact met omwonenden. 

‘Gemeenten moeten voor hun situatie onderzoeken hoe ze deze scan maken', aldus Dullemond. Scanauto's of drones kunnen daar, mits goed gecommuniceerd, bij helpen. Ook zal het straatbeeld opnieuw gescand moeten worden bij verandering.

Voor Liendert gebruikte Live veel data, zoals van RIVM, de gemeente, NEO en Hydrologic. Orden deze data, benadrukte Fleury. ‘Het wil nog wel eens een zooitje worden bij gemeenten. Ze zijn niet gewend om met grote datasets te werken en hebben vaak geen centrale datacatalogus. Ook bevordert een goede data-infrastructuur de onderlinge samenwerking.’

Wees vervolgens transparant over de gebruikte data, vulde Ilse van der Steen van Geomaat aan. ‘Hierdoor kan je het beleid met vertrouwen bouwen op de data.’ En dat is belangrijk omdat data-projecten vaak vastlopen in de politiek. ‘Met transparantie ontstaat een zorgvuldige implementatie en voorkom je dat de innovatie van tafel wordt geveegd.’

Werken met de integraliteit en innovatie zoals bij Live vraagt om nieuw gedachtengoed. Besteed daar aandacht aan, vervolgde Fleury. ‘Zorg dat alle betrokkenen uit de gemeente en daarbuiten het domein begrijpen en bedenk dat elke sector anders is georganiseerd.’ Denk ook buiten de lijntjes, neem risico's en wees creatief, tipte Fleury: ‘het dashboard van Live lijkt op een game. Zoek gamers en betrek ze bij het leerproces.’

Volgens de ervaringen van Live vraagt het project om een lange adem. ‘Verwacht geen vliegende start', benadrukte Fleury. ‘Houdt de visie en het doel scherp en blijf in goed contact met alle betrokkenen. Betrek externe deskundigen en pols regelmatig met partners. Zie de gemeente daarbij niet meer alleen als opdrachtgever, maar als gelijkwaardige deelnemer.’ 

Voor de lange termijn lijkt het wenselijk voor een gemeente om een digital twin zoals Live te blijven gebruiken. De data in het dashboard is daarom live en wordt vanuit de bron, zoals RIVM en NEO, beheerd en geüpdatet. ‘Informatie over fijnstof, water of de plaatsing van bomen moet daarom zo actueel mogelijk zijn', legde Dullemond uit.