Digital twins zijn sterk in opkomst. Zowel Europa als Nederland, middels het programma Zicht op Nederland, hebben daar beleid voor. ‘Ook gemeenten zien grote kansen om de aanpak van maatschappelijke opgaven te ondersteunen met het instrument’, zegt de VNG in een position paper.

Zicht op Nederland is een visie vanuit het Rijk om datagedreven samen te werken aan de fysieke leefomgeving. Vanuit twee programma's - Datafundament en Digitale Tweeling – wordt gewerkt aan een breed netwerk met standaardisatie.

Digital twins zijn daarbij nog te vaak specifieke oplossingen voor specifieke problemen, zonder dat gemeenten nadenken over de bredere implementatie, zegt VNG. Daar komt langzaam wel verandering in. Hóe die inpassing eruitziet levert ook nog vragen op.

VNG geeft in de position paper zes aanbevelingen:

  1. Zet digital twins opgavegericht in: 
    Een digital twin is geen doel op zich, het is een middel om grote maatschappelijke opgaven te helpen oplossen. Die behoefte is leidend.
     
  2. Organiseer als gemeente brondata federatief: 
    Het op orde krijgen van brondata is niet specifiek voor digital twins. Gemeenten en de rijksoverheid zijn al hard aan de slag met het realiseren van een Federatief Datastelsel (FDS) om uitwisselbaarheid van data te verbeteren. Ook digital twins profiteren hiervan.
     
  3. Roep het ministerie van BZK op de regie te nemen voor standaardisatie van modellen: 
    Nieuwe afspraken en standaarden zijn nodig. Pas als modellen op een gestandaardiseerde wijze beschreven worden en toe te passen zijn, worden de mogelijkheden van een digital twin volledig benut. ‘Zo houden we ook de aansluiting op de stormachtige ontwikkelingen die er in Europees verband plaatsvinden.’

    Het Ministerie van I en W werkt al aan standaardisatie. Ze bouwt aan het Dutch Metropolitan Innovations-ecosysteem (DMI), een ecosysteem waarin data-gerelateerde activiteiten efficiënter met elkaar werken.
     
  4. Roep de markt op om samen te werken aan open oplossingen:
    Er moet voorkomen worden dat rondom digital twins gesloten oplossingen en een afhankelijkheid van leveranciers ontstaat. Open standaarden zijn daarin belangrijk. ‘Wij willen samenwerken met marktpartijen die met ons bouwen aan oplossingen die gemeenten uit kunnen wisselen.’
     
  5. Pas belangrijke kaders vooraf toe bij digital twins: 
    Informatiekundige, juridische en ethische kaders gelden ook voor digital twins. Daarbij denkt de VNG aan privacybescherming, informatieveiligheid en de bewaar- en vernietigingsplicht vanuit de Archiefwet. Het is belangrijk om daar vooraf rekening mee te houden. 
     
  6. Zet gemeentelijke kennis-community ook interbestuurlijk in: 
    De VNG faciliteert al enkele jaren een community waarin kennis wordt uitgewisseld over digital twins tussen gemeenten en andere partijen. Ze willen deze community graag verbreden met meer gemeenten, andere publieke organisaties en private partners.

    De VNG wil dat hun community prioriteit krijgt. ‘We roepen de ministeries van BZK en IenW op om voor onder meer Zicht op Nederland en initiatieven als DMI geen vergelijkbare netwerken op te gaan bouwen, maar aan te sluiten op dit bestaande netwerk', aldus de VNG.

‘Welke gebieden lopen onder water bij extreme regenval en wat kan de gemeente daaraan doen? Of hoe passen wonen, groen, zorg, onderwijs, sport en cultuur en buurtvoorzieningen in één wijk?’ Twee voorbeelden van kwesties waar een digital twin goed bij kan helpen, aldus de vereniging. 

Autonome digital twin 

De VNG spreekt over ‘vijf fasen van volwassenheid van digital twins', een opbouw die de meeste modellen zouden volgen. Waar digital twins eerst alleen beschrijven en informeren, groeien ze verder in voorspellen en begrijpen. In latere fases doen rekenmodellen en algoritmen hun intrede.

‘Gemeentelijke digital twins bevinden zich bijna allemaal op het eerste en soms tweede niveau van volwassenheid', benadrukt de VNG. ‘We kennen nog maar weinig voorbeelden van gemeentelijke digital twins op het derde niveau van volwassenheid.’

Een digital twin op het vijfde niveau is autonoom. Door gebruik te maken van kunstmatige intelligentie zou een simulatie zelf besluiten kunnen maken aan de hand van toekomstige scenario's. De VNG wijst naar de vraag of dit wenselijk en borgbaar is.

Weinig gemeenten zijn zo ver met een digital twin als Alkmaar. De stad timmert al een paar jaar aan de weg, betrekt ambtenaren en inwoners, en heeft de processen gestroomlijnd. Programmamanager Niek Hendriks en zijn collega, planoloog Riette Boom, leggen uit waarom deze digitale tweeling zo'n succes is geworden.