Intensivering is niet alleen een efficiëntere aanwending van schaarste stedelijke ruimte, maar nadrukkelijk ook het creëren van meer bedrijfsruimteoppervlakte in de stad, voor vitale diensten en praktische werkgelegenheid. 

Een stad waar de ruimte het meest knelt, is Den Haag, vertelde Jerryt Krombeen die als stedenbouwkundige van de gemeente betrokken is bij de ontwikkeling van het Mercuriuskwartier.  

De Hofstad stelt afgelopen jaren alles in het werk om binnen die ruimtelijke consternatie voldoende ruimte te borgen voor de maakindustrie en andere praktische werkgelegenheid, die steeds meer in de verdrukking komt.

Eenzelfde ambitie hanteert de gemeente Amersfoort. Ruimtelijk minder dicht, maar ook in de Keistad zit bedrijfsruimte door oprukkende woningbouw in de verdrukking. Om te voorkomen dat mensen in Amersfoort alleen nog willen wonen, werkt de gemeente met een omgevingsprogramma bedrijfsruimte. Dat heeft onder meer tot doel heeft bestaande bedrijventerreinen beter te benutten, waaronder De Isselt.

De hamvraag is echter hoe je met ruimteregels eigenaren kunt bewegen intensiever te bouwen, in te breiden of zelfs te stapelen. Al dan niet in combinatie met subsidies of investeringen door een gebiedsontwikkelingsmaatschappij in daadwerkelijke locatieontwikkeling. 

Hub Bloem, partner Stec Groep, Joost Hoekstra, advocaat omgevingsrecht bij Straatman Koster en Rikus Wolbers, senior projectmanager bij OostNL/OGH reflecteerden tijdens het seminar van Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland (SKBN) en vakblad BT op deze vraag.

Samen kwamen zij en de andere sprekers tot de volgende tien ‘take-aways’ waarmee de ongeveer zestig deelnemers naar huis gingen:

  1. Daag de markt uit en stel condities bij de uitgifte, houd als gemeente sturing en regie;
  2. Maak de maatschappelijke baten inzichtelijk;
  3. Zet voorkeursrecht in om grip op grond én intensiever grondgebruik terug te pakken;
  4. Elke regio verdient een gebiedsontwikkelingsmaatschappij om te kunnen investeren en capaciteit te delen, op enige afstand van de politiek;
  5. Denk daarnaast ook aan een gebiedsexploitatiemaatschappij;
  6. Maak slim gebruik van de ruimte die de Omgevingswet biedt om functies die zich op papier slecht tot elkaar verhouden dichter naar elkaar te brengen;
  7. Zet het nieuwe kerninstrument programma (uit de Omgevingswet) in om ambities rond ruimte voor werk in vast te leggen;
  8. Pas de mogelijkheid toe die de Omgevingswet biedt om financiële bijdragen te vragen bij (gerelateerde) bouwactiviteiten en stop dat geld in een intensiveringsfonds; 
  9. Overweeg de mogelijkheid tot het oprichten van een PPS, waarop ‘Didam’ niet van toepassing is;
  10. Zet, waar je geen grondpositie hebt, subsidies in, maar waak voor selectief voordeel.

De presentaties van die tijdens het seminar werden gegeven, zijn beschikbaar.