Op het symposium, vooral een architectenfeestje, was veel lof voor de meerwaarde van renovatie ten opzichte van sloop-nieuwbouw. ‘Omdat een groot deel van de woningbouwopgave binnen de stad ligt, is dat nadrukkelijk het geval bij naoorlogse sociale woningbouw’, opperde architect Daan Roggeveen.

‘Er wordt in Nederland nog te vaak gesloopt. Tussen 2014 en 2022 ging de kogel al door 73.000 sociale woningen’, benadrukte Roggeveen, die wees naar cijfers van corporatiekoepel Aedes. ‘Dit gaat ten koste van onder meer stedelijke sociale structuren, erfgoed, bouwmaterialen en duurzaamheidsdoelen.’

Hoe pak je als organiserende partij, zoals corporatie of gemeente, de renovatie van sociale woningbouw aan? De belangrijkste conclusie van de middag luidt: maak eerst een grondige kansen-analyse, en kijk direct daarna vanuit breed perspectief welke deskundigen je gelijk aan tafel uitnodigt.

Herhalende stappen bieden structuur

Een structuurbiedende ‘how-to’ kwam van Tess Broekmans, stedenbouwkundige bij architectenbureau Urhahn. Broekmans deed onderzoek naar de renovatie van naoorlogse wijken, en presenteerde een negental van herhalende stappen, de ‘HER-ring’:

  1. Herzien: leer de buurt kennen, welke opgaven spelen hier en hoe ligt dit in lijn met het stedelijke perspectief? 
  2. Herijken: breng de kansen in beeld, stel prioriteiten en ambities op en wees realistisch.
  3. Hergebruiken: benut zoveel mogelijk de bestaande bouw: splits woningen, maak inwoning mogelijk en heb oog voor erfgoed. ‘Maar kijk altijd verder dan alleen de gewenste woningaantallen’, benadrukte Broekmans.
  4. Hernieuwen: soms is sloop-nieuwbouw noodzakelijk om kansen te verzilveren die meer impact maken. ‘Maar doe dit zorgvuldig, bomen kappen en sociale netwerken verbreken is ook sloop.’
  5. Herhalen: gebruik standaardisatie bij de renovatie. Kijk naar data-innovaties om zo het project korter, efficiënter en goedkoper te maken.
  6. Herschalen: zoom uit, verleg de focus van de wijk naar de stad. Bedenk wat gemaakte keuzes betekenen voor de bredere omgeving.
  7. Herverdelen: kijk opnieuw naar de verdeling van middelen, budgetten, taken en verantwoordelijkheden. Veel cycli zijn namelijk niet zo goed op elkaar afgestemd. Kijk ook naar de kosten-baten op lange termijn.   
  8. Herfaseren: ‘In planvorming worden verschillende tijdsframes gehanteerd, afhankelijk van de investering en het type.’ Kijk daarom opnieuw naar de fasering en exploitatie. 
  9. Herwaarderen: kijk opnieuw naar de cyclus. Sluit de oplossing nog steeds aan bij de opgaven en ambities, en zijn over het geheel gezien de juiste keuzes gemaakt? 

Corporaties of gemeenten kunnen ook een betere slag slaan door vroeg in het renovatieproces meer partijen te betrekken. Dat geluid klonk meerdere keren op het symposium, dat werd bezocht door onder meer architecten, corporaties en enkele aannemers.

'Betrek de architect bij het begin. Er zijn veel corporaties die dat nog niet doen', zei architect Marjolein van Eig, die aangaf nagenoeg te pleiten voor een sloopverbod bij sociale woningbouw. ‘De architect helpt goed bij het maken van gerichte keuzes, en ziet de potentiële waarde in de bebouwing.’

Sociaal renoveren 

Niet alleen architecten, maar ook bewoners moeten uitvoerig worden meegenomen, is een andere vaakgenoemde tip op het symposium. Eén van de voorbeelden kwam van architect Marc Ibelings, betrokken bij de renovatie van twee monumentale buurten: de Van der Pekbuurt en Gentiaanbuurt in Amsterdam.

‘De bewoners hebben hier een grote rol gespeeld bij de renovatie. Per honderd bewoners richtten we verschillende comités op. Via verschillende sessies hebben we geprobeerd om hun wensen mee te nemen.’

Sommige belangrijke keuzes kunnen ook aan hen worden overgelaten. Bewoners blijken meer tevreden als ze zelf de architect hebben gekozen, benadrukte Nathalie van Hoeven van de Amsterdamse woningcorporatie Eigen Haard. Architect Van Eig bevestigde dat.

Ook Joop ten Brink van corporatie Woonin adviseerde om bewoners uitvoerig mee te nemen bij de renovatie. De corporatie renoveerde de afgelopen 15 jaar al 4.500 sociale woningen. Ook proberen ze de sociaaleconomische positie van inwoners in het Utrechtse Overvecht te verbeteren. De verwachte gezonde levensjaren is hier tien jaar korter dan in de rest van Utrecht, en ook op andere lijstjes eindigt de wijk laag.

Maar renovatie alleen draagt daar niet per se aan bij. ‘Ondanks onze grote renovaties, bleef de wijk sociaaleconomisch slecht scoren', benadrukte Ten Brink. Voor de hand liggende oplossingen liggen volgens hem bij aanpakken van het sociale domein of het herzien van de woningmix.

Meer effect ziet hij bij ‘sociale renovatie’, zo moedigde Ten Brink de zaal aan: ‘We moeten als corporatie met alle bewoners het gesprek aan. Zowel vooraf, tijdens als achteraf gaan we met de bewoners aan tafel en kijken we naar verbeteringen tussen het sociale en fysieke domein.’

Enkele voorbeelden: het regelen van een U-pas (korting voor mensen met een lager inkomen), aanvragen van energietoeslag, bezoek aan taalcafé of hulp bij klussen. ‘Het gaat om een samenwerking tussen corporatie en welzijns- en zorgorganisaties. Ook financiert de gemeente een deel hiervan’, aldus Ten Brink.

Maak gebruik van digitale mogelijkheden 

Bij de renovatie van de monumentale buurten in Amsterdam werd goed gebruikt gemaakt van de hedendaagse technieken. Die tip omcirkelde architect Ibelings dan ook graag: maak gebruik van digitalisatie.

Bij aanvang van dit renovatieproject dienden de oude bouwtekeningen (begin twintigste eeuw) als startpunt. ‘Deze tekeningen hebben wij gedigitaliseerd, waarna we samen met Monumentenzorg bruikbare standaardisatie-afspraken maakten over de renovatie van alle losse onderdelen', vertelde Ibelings.

Omdat de woningen licht verschillen van elkaar, werkte niet elke vorm van standaardisatie. Daarom werden de woningen gescand. Uit de verschillende 3D-modellen kwamen alle afwijkingen per woningen duidelijk in beeld.

Broekmans van architectenbureau Urhahn, wees verder op de nodige alertheid van gemeenten, corporaties en architecten voor de toekomst. ‘We kijken nu vooral naar de renovatie van naoorlogse wijken uit de jaren '50 en '60. Hier spelen ontzettend veel transitie-opgaven. Maar bedenk ook dat renovatie nodig gaat zijn voor de wijken die hierna werden gebouwd. Straks speelt dit ook bij Vinex-wijken.’