Het lijkt een gouden vondst. In verschillende Scandinavische landen staan velden vol units die wachten op een nieuwe bestemming. Deze modules dienden gemiddeld vijftien jaar als noodlokaal of noodkantoor, maar kunnen veel langer mee. Reboxd zag er de basis voor flexwoningen in.
'Deze modules worden in Scandinavië voornamelijk gebruikt in leaseconstructies. Die constructies zijn niet ingericht op onderhoud en als de termijn is afgelopen wordt er weinig mee gedaan', legt Mark Reichmann, directeur Business Development bij Reboxd, aan Stadszaken uit.
‘En dat is zonde, zeker omdat Scandinavië hoge eisen stelt aan haar woningbouw. Ook aan deze modulaire units.’
De keuze voor circulaire flexwoningen wordt te weinig gemaakt, vindt Reichmann. ‘Veel aanbieders van flexwoningen streven naar duurzaamheid, maar kiezen wel voor nieuwbouw. Wij vinden dat een product in de basis al duurzaam moet zijn. Daarom halen we de modules naar Nederland om ze daarna te verbouwen naar de wens van de klant.’
Zoeken naar geschikte module
De modules hebben veelal een houten skeletbouw en worden bij aankomst in Nederland gestript. Daarna volgt de verbouwing, ook wel ‘upcycling’ genoemd: van nieuwe ramen tot aan het koppelen van meerdere modules aan elkaar. Naast de mogelijkheid om te stapelen zijn de modules ook gemiddeld 30 procent groter dan gevraagd. Dat leidt tot meer mogelijkheden.
'Twee mensen kunnen al in één module wonen. Zoiets biedt veel flexibiliteit voor afnemers’, vertelt Arie van der Neut, architect bij Reboxd. ‘Maar het werkt ook andersom: op basis van de vraag, zoals starters of vluchtelingen, zoeken we in Scandinavië naar de meest passende module.’
Gericht verbouwen naar de vraag van het project staat centraal bij Reboxd. Vanzelfsprekend bepalen de wensen van de klant daardoor ook de kosten. ‘Maar we besparen kosten omdat wij modules uitzoeken op de vraag', zegt Van der Neut. ‘Bij flexwoningen met standaardafmetingen moeten klanten soms achteraf nog aanpassingen doen.’
Twaalf weken
In het Zeelandse Yerseke realiseerde Reboxd in twaalf weken tijd 36 circulaire flexwoningen, geschikt voor 102 Oekraïense vluchtelingen.
Een paar omstandigheden zaten op voorhand mee: de gemeente én burgemeester José van Egmond waren vastberaden om voor de kerst te realiseren, en gesprekken met omwonenden verliepen relatief soepel. Maar ook de rest gebeurde vrijwel allemaal binnen twaalf weken.
‘Vlak na de overeenkomst hebben we meteen de bouwaanvraag ingediend. Met acht weken is dat al gauw de meest beperkende factor', zegt Van der Neut. ‘Toen de handtekening stond, zochten we de geschikte modules bij elkaar.’
‘Op één schip kwamen de 105 modules van 28 vierkante meter vervolgens onze kant op, terwijl wij in Yerseke alvast aan de fundering begonnen.’ Een lokale aannemer deed de verbouwing en afwerking. Eén van concessies was de kwaliteit van de gevelafwerking, licht Van der Neut toe.
Energieneutraal op verzoek
Zijn de opgeleverde flexwoningen van Reboxd ook in hun uitvoering duurzaam? ‘Ze gaan vijftig jaar mee, inclusief latere herplaatsing', reageert Reichmann.
De woningen voldoen in de basis niet aan de BENG-eisen, waardoor ze niet ‘bijna energieneutraal’ zijn. Daarvoor kent Scandinavië namelijk andere duurzame normen. Om aan de hoogste Nederlandse normen te voldoen moeten daarom extra duurzame installaties worden toegevoegd.
Dat is per aanvraag mogelijk, beloven de mannen van Reboxd. ‘Voor klanten is dat een investeringskeuze’, zegt Van der Neut. Maar het is niet altijd verstandig om voor de meest duurzame verbouwing te gaan.
‘De modules in Yerseke zijn gepland voor vijf jaar. Als je daar split units en warmtepompen in toepast, is de kans aanwezig dat deze er bij een nieuwe bestemming weer uit moeten.’
164 woningen voor Rijksvastgoedbedrijf
Reboxd, dat naast hergebruik van de Scandinavische modules ook werkt aan nieuwbouwproducten, dient in het proces vooral als organiserende partij. Klanten zijn veelal gemeenten of woningcorporaties.
De onderneming is onder meer aangesloten bij een raamovereenkomst van Aedes. Daarin sprak de branchevereniging vorig jaar met 36 bouwbedrijven af om verplaatsbare woningen te leveren aan woningcorporaties.
Ook is Reboxd één van de negen leveranciers van flexwoningen voor de 2.000-tender van het Rijksvastgoedbedrijf. Hun aandeel bestaat uit 164 moduleswoningen. Van alle bedrijven is Reboxd de enige die oude bestaande modules op deze manier hergebruikt.
Verder heeft Reboxd goed contact met studentenhuisvesters, gemeenten en het COA. Onder meer studentenhuisvesting staat in de planning, waar de relatief grote modules uit Scandinavië zich ook goed voor lenen, aldus Van der Neut.
De leverancier heeft inmiddels afspraken voor 30.000 Scandinavische modules. ‘We kunnen stellen dat er na Zeeland nog veel projecten volgen, verspreid over het land.'