In het rapport maakt de Lelylijn-organisatie inzichtelijk wat de effecten van keuzes kunnen zijn voor de spoorlijn van Lelystad naar Groningen en mogelijk Leeuwarden. 

Dan gaat het onder meer om de vraag of de toekomstige trein alleen stopt in grote steden, of ook in dorpen en met welke frequentie de trein zou moeten rijden. Hiermee wil de Lelylijn-organisatie het gesprek aangaan met landelijke, regionale en lokale bestuurders.  

Het rapport maakt duidelijk dat de lijn sowieso gaat zorgen voor verstedelijking. Afhankelijk van de denkrichting, of een combinatie daarvan, verwacht de Lelylijn-organisatie tussen 14.000 tot 74.000 extra woningen in het gebied waar de mogelijke trein doorheen rijdt.  

Het grootste deel van de woningen komt in de grotere kernen. Welke gemeenten uiteindelijk gaan verstedelijken hangt af van de dominante denkrichting, al gaat het vermoedelijk om een combinatie van de denkrichtingen.

De vier denkrichtingen zijn: 

  • De ‘Dertig minuten gemeenschap’, ziet verstedelijking in kleinere kernen. Denk aan Urk, Lemmer en Akkrum.  Elke voorzieningenkern heeft ook zijn eigen treinstation;
  • Een tweede optie is de Lelylijn in een ‘Vitaal ecoland’. Hier vindt verstedelijking plaats op waterveilige plekken. Deze plekken worden goed verbonden met OV-knooppunten;
  • Bij ‘Stedelijk netwerk’ is de focus op grotere kernen. Plekken als Heereveen, Drachten en Emmeloord worden stedelijker. Het doel is meer stedelijkheid en nabijheid creëren. De Lelylijn verbindt dan vooral deze grotere kernen;
  • Een ander perspectief is ‘Internationale Topregio’, waar alle aandacht naar de belangrijkste steden, internationaal gezien, gaat. Groningen en Leeuwarden gaan flink groeien en Groningen wordt het belangrijkste punt in het (OV-)systeem binnen noordelijk Nederland.

Los van verstedelijking en economische effecten, moet de Lelylijn ook meer brede welvaart bieden aan Nederland. De invloed van de Lelylijn op sociaal en cultureel gebied en de leefomgeving, moet ook meegenomen worden in de keuze, stelt de Lelylijn-organisatie.

Het MIRT-onderzoek NOVEX Lelylijn, waar dit rapport ook onderdeel van is, begon in het voorjaar van 2023 met een participatietraject. Hieruit bleek dat veel van de  11.000 deelnemers vonden dat de lijn moet zorgen voor banen voor inwoners van de noordelijke provincies. 

Wat betreft de financiering kwam uit het participatietraject dat er draagvlak is voor het investeren van belastinggeld, mits de Lelylijn veel tijdswinst oplevert. De input van de bewoners is meegenomen in het bedenken van de vier denkrichtingen.  

De volgende stap in het project is het omzetten van de denkrichtingen naar één definitief ontwikkelingsperspectief. Dit gebeurt onder meer op basis van gesprekken en debatten uit de politiek en uitkomsten van lopende onderzoeken. 

Bestuurders kiezen eind 2024 hoe ze verder willen gaan met de plannen voor de Lelylijn.