In de studie laat TNO zien hoeveel en welke huishoudens in Nederland een laag inkomen combineren met het maken van veel autokilometers waardoor ze kwetsbaar zijn voor hogere brandstofkosten.  

‘De hoge brandstofkosten van deze ‘risico-huishoudens’ met een auto worden primair veroorzaakt door een hoog aantal gereden kilometers’, zegt Peter Mulder, senior scientist bij TNO.  

De milieumaatregelen zijn bedoeld om het gebruik van de brandstofauto te laten afnemen. Maar deze groep heeft geen financiële middelen voor een alternatief. Intussen stijgen brandstofkosten verder door milieumaatregelen en co2-beprijzing.

‘Dat betekent dat zij het risico lopen bepaalde banen, voorzieningen en sociale relaties niet meer te kunnen bereiken vanwege te hoge vervoerskosten’, licht Mulder toe.

Het CBS onderscheidt drie soorten:  

  • Mobiliteitsarmoede: Geen of niet voldoende toegang tot vervoersmiddelen;
  • Bereikbaarheidsarmoede: Geen of niet voldoende mogelijkheid om basisvoorzieningen te kunnen bereiken;
  • Betaalbaarheid van vervoer: Geen of niet voldoende financiële middelen om vervoer te betalen.

Wat betreft de betaalbaarheid van vervoer is het belangrijk vooral duurzame alternatieven beschikbaar te maken, juist voor de risicogroepen, zegt TNO. Focus daarom op deelmobiliteit en ov toegankelijker te maken voor deze groep, aldus de onderzoekers.

Welke doelgroepen voor nieuwbouw

Gebiedsontwikkelaars kunnen hier rekening mee houden bij het plannen van de locatie voor nieuwe woningen en wijken. Ze moeten zichzelf volgens TNO de vraag stellen welke doelgroep ze hebben en of die zonder auto wel bij voorzieningen en banen kan komen.

Accijnsverlaging is geen kosteneffectieve maatregel om deze huishoudens te helpen, stelt TNO, want 98 procent daarvan komt niet terecht bij de meest kwetsbare huishoudens. 

De specifieke risicogroep bestaat vooral uit gezinnen met kinderen met oververtegenwoordiging van eenoudergezinnen. Vaak zijn deze huishoudens woonachtig in middelgrote steden. Volgens TNO gaat het om zo'n 113.000 tot 270.000 huishoudens.  

Deze studie is een onderdeel van een grotere investering van TNO over duurzame en toekomstbestendige mobiliteit.