De Regeling Tegemoetkoming Herplaatsing Flexwoningen (RTHF) is een garantie van het Rijk samen met gemeenten. Daardoor komt 220 miljoen euro beschikbaar voor corporaties, particulieren of gemeenten om versneld 30.000 nieuwe flexwoningen te realiseren.

Het risico bij flexwoningen is dat er na de eerste gebruikstermijn (tien tot twintig jaar) geen nieuwe locaties beschikbaar zijn binnen de regio of provincie. Het RTHF dekt dat risico deels af. Eerst zal een marktmeester landelijke locaties, beschikbare woningen en wensen van gemeenten in kaart brengen.  

Als de flexwoning dan toch onder een bepaald garantiebedrag moeten worden verkocht, dan betaalt het RTF het verschil: het Rijk 60 procent, de betrokken gemeente 25 procent en de investeerder zelf 15 procent. 

Voorwaarde voor de RTHF-dekking is dat de investeerders een eenmalige bijdrage van duizend euro per woning betalen. De vraag van investeerders en woningcorporaties was, of deze bijdrage de dekking wel waard is.

Uit nieuw onderzoek blijkt nu dat hoe minder risico een investeerder neemt bij de flexwoningen, hoe groter het positieve effect op het rendement is. Dat werd berekend op basis van een fictief flexwoonproject. Volgens het ministerie is de regeling, inclusief voorwaarden, daarmee wel degelijke een interessant aanbod voor woningcorporaties.

In oktober werd de RTHF, eerder bekend als de Financiële Herplaatsingsgarantie, ter consultatie aangeboden. Naar aanleiding daarvan is een wijziging doorgevoerd in de voorwaarde voor de plaatsingstermijn.

Vanaf mei dit jaar kunnen investeerders zich melden, maar begin november werd de regeling gepubliceerd. Investeerders in flexwoningen kunnen een aanvraag doen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. 

Dit is één van de instrumenten waarmee het ministerie van BZK de bouw van flexwoningen wil stimuleren. Zo helpt voor de aankoop van flexwoningen, en transformatiewoningen, de Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen (SFT). Daarmee is 7.800 euro per woning beschikbaar.