Zo mag een gemeente door de aanpassingen in de Huisvestingswet straks bij de helft van de beschikbare huurwoningen en nieuwbouw koopwoningen tot de betaalbaarheidsgrens (in 2024 is dat 390.000 euro) voorrang geven aan specifieke doelgroepen.  

Het gaat dan om mensen met een economische, maatschappelijke of lokale binding met de gemeente. Daarnaast kunnen gemeenten bepaalde beroepen, zoals leraren, verpleegkundigen en politieagenten, aanmerken als cruciaal en ook hen voorrang geven.

In sommige gemeenten kan bijvoorbeeld ook gevangenispersoneel als cruciaal worden beschouwd. Dat moeten die gemeenten dan wel kunnen onderbouwen, zei minister De Jonge in het debat over deze wet vorige week. Ook militairen vallen dankzij een motie onder de regeling. 

Huisvestingsvergunning nodig 

Dat betekent dat kopers van een nieuwbouwwoning in sommige gemeenten een huisvestingsvergunning moeten aanvragen voor woningen met een verkoopprijs tot de betaalbaarheidsgrens (in 2024: 390.000 euro). 

Gemeenten bepalen zelf of zij gebruikmaken van de nieuwe mogelijkheden. Daar is ook een rol voor de provincie weggelegd. Die moet een advies uitbrengen, onder meer om een waterbedeffect te voorkomen. 

PVV: eigenaarsrecht in geding 

Niet alle fracties zijn voorstander van de aanpassingen in de wet. In de Eerste Kamer stemden PVV, FVD en SP tegen. Tijdens het debat op 5 december zei de PVV dat het wetsvoorstel te veel ingreep op de vrijheid van vestiging en op het eigenaarsrecht. De wet stimuleert bijvoorbeeld niet om te investeren in woningverbeteringen, zei hij. 

Vorige week toonde de BBB zich nog kritisch over de uitvoerbaarheid. Ook stelde BBB-senator Kemperman dat positieve discriminatie voor de ene groep, leidt tot negatieve discriminatie voor een andere groep.  

De Huisvestingswet werd in 2014 van kracht en moet zorgen voor een evenwichtige en rechtvaardige verdeling van woonruimten.