In totaal 337 van de 342 gemeenten vroegen de beschikbare subsidie aan, afkomstig van Specifieke Uitkering (SpUk) Lokale Aanpak Isolatie. Bijna het volledige beschikbare bedrag van 425 miljoen euro wordt daarmee gebruikt. Per woning is gemiddeld 1.800 tot 2.500 euro beschikbaar.
De lokale isolatie-aanpak richt zich op kwetsbare woningeigenaren en vve’s, met name huishoudens die de hulp het hardste nodig hebben. Gemeenten met relatief veel kwetsbare woningeigenaren krijgen de meeste extra middelen per woning. Hieronder vallen bijvoorbeeld de twintig stedelijke gebieden van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid en de gemeenten in de grensregio’s.
Het is nu aan de gemeenten zelf om de lokale isolatie vorm te geven en te helpen met het verhogen van energielabels. Gemeenten kunnen huishoudens bijvoorbeeld begeleiden of ontzorgen, advies geven en extra subsidie geven boven op de landelijk beschikbare subsidies. Ook kunnen de gemeenten de middelen inzetten voor Doe-het-zelf, bijvoorbeeld met vouchers voor isolatiemateriaal.
Nationaal Isolatieprogramma
De lokale aanpak met gemeenten is onderdeel van het Nationaal Isolatieprogramma, waar het Rijk ruim 4 miljard euro voor beschikbaar stelt. Het doel is om 2,5 miljoen woningen te isoleren tot 2030. De nadruk ligt daarbij op de 1,5 miljoen slecht geïsoleerde woningen.
Binnen de lokale aanpak is in totaal zo’n 1,5 miljard euro beschikbaar. Hiermee kunnen ongeveer 750.000 woningen worden geïsoleerd. In 2024 en 2025 volgt een tweede en derde aanvraagronde.