Neelie Kroes kwam, zag en veranderde Nederland van een valleyland in een startup-land. Dat is knap. En goed ook. En een beetje dommig.

Een jaar of tien geleden waren valleys een hit in Nederland. Als reactie op het succes van Silicon Valley noemde elk gemengd bedrijventerrein zich voortaan een valley. Elke provincie had sowieso zijn eigen Silicon Valley (die dan bijvoorbeeld de ‘Silicon Valley van Drenthe’ werd genoemd), waar het ging over ICT en andere techdingen. Er werden ook allemaal andere valleys geopend. Energy Valley, Health Valley, Food Valley. Nederland veranderde in een heuvellandschap vol met valleien.

Een paar jaar later was Richard Florida heel hip en moest elke stad een creatieve hotspot worden. Je moest de creatieve sector aan je binden en dat kon het best op sterk verwaarloosde haventerreinen en in lege kantoorgebouwen. Creatieven hielden blijkbaar van kaal beton en lege silo’s.

En nu zijn startups de nieuwe hype. Nederland ís een of hééft een (dat is me niet helemaal duidelijk) StartUpDelta en Amsterdam is daar het middelpunt van. Met man en macht wordt daar van een historisch marineterrein een bedrijventerrein voor startende bedrijven gemaakt. Dat is een briljante keuze van de stad, al was het maar omdat de druk om er dure appartementen neer te zetten ongetwijfeld groot was.

Met deze keuze verbindt Amsterdam de IJ-oevers met de binnenstad en brengt ze leven in een voorheen afgesloten stuk stad. Erg slim. Net zoals het reuze slim en knap is hoe groots Amsterdam het op de kaart zet. Niemand twijfelt meer aan Amsterdam als startup-hoofdstad van West-Europa. Hoewel ook niemand precies weet waarom ze dat is. Maakt niet uit. In korte tijd heeft de stad zich tussen Londen, Berlijn en Stockholm genesteld.

Maar waarom moet vervolgens elke Nederlandse stad dat kopiëren? Waarom focust iedereen zich op startups? Waarom stop je als gemiddeld middelgrote stad geld in het aantrekken van kleine bedrijfjes die hoogstwaarschijnlijk failliet gaan, en als ze wél overleven nog waarschijnlijker gaan verhuizen? Wat heb je eraan?

Het is natuurlijk heel goed dat de Nederlandse overheid een liefdevolle houding aanneemt ten opzichte van startende ondernemers. Dat stimuleert een gezond ondernemersklimaat en in de snel veranderende wereld waarin we leven is dat verstandig. Maar je krijgt toch af en toe het idee dat veel van die startup-aantrekkers geen benul hebben van wat startups écht nodig hebben. Net zoals ze geen benul hadden van wat de essentie van een valley of creativiteit is.

Terwijl dat bij startups vrij simpel is; ze hebben klanten nodig. Echt betalende klanten. Geen subsidiepotten, geen gratis huisvesting en zelfs al die events (ook wij maken ons er schuldig aan) zijn vaak niet nodig. Klanten, daar gaat het om. Wie startende bedrijven wil helpen, brengt vraag en aanbod met elkaar in contact. Dat is veel gemakkelijker gezegd dan gedaan, maar wel nodig voor startups. Voor al wat langer bestaande bedrijven trouwens ook.

Ach, al wordt er maar één startup mee geholpen, ik vind het prima. Wat ik niet prima vind, is de hijgerigheid waarmee deze hype door gemeenten wordt opgepakt. Startups zijn de nieuwe valleys. Het is beleidstaal geworden, ‘waarmee we onze gemeente helemaal op de kaart zetten’. En over een paar jaar is er weer een nieuwe hype en zijn labs hip. Of academies. Of hallen. Of weet ik wat. En zoeken die startups het weer lekker zelf uit.

PS. Het was 2007 en ik ging met fotograaf Roelof Pot voor het blad Bedrijventerrein naar Silicon Valley. De foto bij deze blog is het bewijs. De eerste ontdekking was dat Silicon Valley een vallei is. Met bergen en zo. De tweede dat niemand in Silicon Valley het Silicon Valley noemde. Als je er woont, heet het de Bay Area. En de derde ontdekking was dat het helemaal niet over tech ging, maar over ondernemerschap. Over rare vernieuwende dingen doen en daar geld mee verdienen.