De vastgoedadviseur baseert de conclusie na onderzoek van meerdere casussen in het buitenland waar de middenhuurmarkt wordt gereguleerd. In bijvoorbeeld Berlijn en Catalonië bleek deze aanpak desastreus.  

In Berlijn leidde de regulering van de huur door het stadsbestuur tot een daling van de huren met 10 procent. De huurprijzen in Catalonië liepen terug met 5 procent. Tegelijkertijd daalde het aanbod huurprijzen drastisch omdat beleggers volgens het onderzoek van JLL er geen brood meer in zagen en huurders bleven zitten. 

In Berlijn was de daling van beschikbare huurwoningen maar liefst 51,8 procent. In Catalonië 10 procent, aldus het rapport van de vastgoedadviseur. In Zweden en Oostenrijk zorgde regulering van de midden huur voor lange wachtlijsten en prijsverstoringen. 

Het plan voor de regulering van de midden huur is ondergebracht in de Wet betaalbare huur (Wbh). Deze wet is niet controversieel verklaard en wil demissionair woonminister De Jonge ook ten uitvoer laten brengen.  

Pieter de Hendrikse, directeur van JLL Nederland, vindt dit heel onverstandig. Hij verwacht dat beleggers vertrekken uit Nederland.  

‘De regulering is desastreus voor investeringen in huurwoningen. Uit ons onderzoek blijkt dat in andere landen is bewezen dat als je maatregelen in de bestaande woningvoorraad neemt er nog minder aanbod komt’, zegt Hendrikse in de Telegraaf dinsdag 

De Jonge erkende vorig week tijdens een commissiedebat over de staat van de huisvesting dit probleem. Volgens hem komt dit door de hoge rente en slechts in beperkte mate op het conto van zijn eigen reguleringsplannen.  

De demissionair minister zegde toe dat hij met beleggers in gesprek wil over het plan om de verhoging van de overdrachtsbelasting van 2 naar 10,4 procent. ‘De overdrachtsbelasting is wel heel hoog op dit moment, ook in internationaal perspectief, erkende De Jonge. 

In een interview met het Financieele Dagblad (FD) onlangs benadrukte de demissionair minister dat er een breed draagvlak bestaat voor de regulering van de middenhuur. Hij erkende dat de overheid is doorgeschoten in de hoogte van de overdrachtsbelasting, maar dat dit niet zomaar valt te repareren.  

‘Ik snap de vraag van de beleggers om een lagere overdrachtsbelasting, maar in een demissionaire fase worden dat soort grote bewegingen moeilijk, dat is ook echt iets voor op de formatietafel’, aldus de demissionair woonminister in het FD.