Het CvR, met Rijksbouwmeester Francesco Veenstra, Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving Jannemarie de Jonge en Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving Wouter Veldhuis, heeft de zestien adviezen samengesteld uit eerdere uitgebreidere rapporten. Het college onderstreept daarbij dat de inzet op nationaal omgevingsbeleid, onder andere door het werken aan een ambitieuze Nota Ruimte, niet mag verslappen.
1. Maak 'bodem en water' echt sturend
‘Elk gebied behoeft een eigen aanpak’, benadrukt het college. ‘Verbind inzichten over natuurlijke processen met onze unieke kennis van water, voedselproductie en ruimtelijke planning. Heroverweeg plannen in regionaal verband en herzie deze waar nodig.’
2. Ruim baan voor ruimtelijke innovaties
Opgaven van nu en later kunnen we oplossen met slimme combinaties. Denk aan het mixen van waterberging met wonen, natuur, recreatie en energieproductie. Ook de woningvoorraad en de landbouw profiteren volgens het college van innovatieve ruimtelijke combinaties.
3. Stimuleer collectieve aanpak
Thema’s zoals klimaatadaptie of de energietransitie vragen om opnieuw te kijken naar grond. Grond is vaak privaat eigendom, maar water, lucht en landschap is van ons allemaal. ‘Veel opgaven kunnen daarom niet op kavel- of bedrijfsniveau worden opgelost en vergen een collectieve aanpak’, adviseert het college aan het Rijk.
4. Benut oplossend vermogen landbouw
Via waterberging, energieproductie of de productie van biobased materialen kan de agrarische sector zich volgens het CvR met andere sectoren verbinden en gezamenlijk nieuwe verdienmodellen opzetten. ‘De agrarische sector wordt vaak als probleem gezien, maar voor veel ruimtelijke opgaven is de sector een onmisbaar onderdeel van oplossingen.’
5. Ontwikkel een (ruimtelijke) landbouwvisie
‘Vruchtbare landbouwbodems verdienen bescherming’, zegt het college. Daarom benadrukken ze het onderscheid tussen bodemgebonden landbouw en grootschalige voedselproductie in gebouwen.
6. Herijk de betekenis van logistiek
Het college adviseert om de logistieke stromen die weinig waarde aan de samenleving toevoegen te verminderen. De vrijgekomen fysieke ruimte en ruimte op de netwerken voor transport en energie kan het Rijk beter benutten voor stromen die nodig zijn voor een circulaire economie.
7. Maak ruimte voor circulaire economie
Om te voorkomen dat industrieën uit Nederland verdwijnen, is het nodig om te rekenen vanuit een circulaire economie. Advies: bestaande industrieterreinen beter benutten en alleen nieuwe locaties aanwijzen die bijdragen aan de transitie naar een circulaire economie.
8. Benut de sturende kracht van netwerken
De tijd van vraaggestuurde netwerkontwikkeling is voorbij, aldus het college. ‘Een ruimtelijke blik bij aanleg en beheer van infra- en energienetwerken, en de netwerkbeschikbaarheid bij gebiedsontwikkeling, is daarom essentieel.’
9. Denk regionaal en Europees
Een van de meest urgente opgaven ligt momenteel bij ons energiesysteem. ‘Hoe meer we vraag en aanbod op het regionale en lokale schaalniveau bij elkaar brengen, hoe kleiner de noodzaak om energie te transporteren, en hoe minder infrastructuur er nodig is’, aldus het college.
10. Bouw voor groei én krimp
We hebben niet alleen meer, maar vooral andere woningen nodig. Onze bevolking ziet meer migratie, kleinere huishoudens, een meer vergrijzing. ‘Bouw daarom woningen die voor meerdere typen huishoudens geschikt zijn en voor meerdere levensfases’, adviseert het college.
11. Versterk wijken en buurten en benut het bestaande
(Ver)bouw nieuwe woningen waar al mensen en voorzieningen zijn, en sticht geen nieuwe stadsdelen of dorpen. ‘Woningbouw ‘in het weiland’ is niet sneller’, stelt het CvR. ‘Sloop niet tenzij het echt niet anders kan.’
12. Bouw biobased en natuurinclusief
Biobased en natuurinclusief zal snel het nieuwe normaal worden, aldus het CvR ‘Denk aan CO2 opslaan, biodiversiteit bevorderen en minder stikstof uitstoten op de bouwplaats.’
13. Bouw met kwaliteit
De verbouwing van Nederland vraagt om een sterke ontwerpsector en stevig opdrachtgeverschap. ‘Veranker de rol van architecten in het bouwproces in de wet’, roept het college onder meer.
14. Ontwikkel een generatietoets
Een aantal grote vraagstukken, zoals zeespiegelstijging, klimaatverandering en de demografische ontwikkeling, kennen na 2050 een belangrijk kantelpunt. Daarom is het belangrijk om nu alvast te kijken naar de nodige beleidsverandering. ‘Een goed instrument hiervoor is een generatietoets voor omgevingsvraagstukken om toekomstbestendige keuzen te onderbouwen en politieke besluitvorming te ondersteunen’, aldus het college.
15. Een Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling en Leefomgeving
‘Laat de nieuwe Omgevingswet aanleiding zijn om in een nieuw kabinet een Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling en Leefomgeving aan te stellen. Hier kan de nationale coördinatie van alle urgente opgaven en het langetermijndenken over onze leefomgeving samenkomen - de beleidsvorming én de uitvoering.'
16. Geef het goede voorbeeld
Brede welvaart en omgevingskwaliteit zijn te lang ondergesneeuwd door sectorale functionaliteit en financieel rendement. Het Rijk moet daarom het goede voorbeeld geven aan andere overheden en partijen, zegt het college. ‘Inspireer door bij aanbestedingen te vragen om biobased, natuurinclusief en fossielvrij. Bevorder biodiversiteit door een lagere pacht te vragen bij duurzaam bodembeheer. Of: dicht het gat tussen de sociale sector en de woningmarkt door juridische en financiële condities te bieden voor nieuwe collectieve woonvormen.’