Het onderstaande artikel stond eerder in het vakblad Stedelijk Interieur, de editie in juli. Interesse in een abonnement: klik hier voor meer informatie

 

In de meeste Nederlandse straten wordt regenwater afgevoerd via kolken en goten langs de weg. Dit water verdwijnt zo ondergronds via het rioleringssysteem. In droge periodes is dat regenwater niet vastgehouden, waardoor vegetatie met kostbaar en schoon drinkwater moet worden geïrrigeerd. Tijdens hevige regenbuien, als de leidingen het water niet snel genoeg aankunnen, kan wateroverlast ontstaan in de vorm van plassen op straat en op trottoirs.

Een succesvolle oplossing hiervoor is het leggen van waterdoorlatende en waterpasserende straatstenen, die regenwater geleidelijk naar de ondergrond kunnen laten infiltreren. Zo wordt regenwater lokaal vastgehouden voor een gezond grondwaterpeil. Waterdoorlatende klinkers zijn poreuze stenen die het water als een spons opnemen en dit aan de ondergrond doorgeven. Waterpasserende stenen laten het water weglopen door brede voegen tussen de stenen, deze klinkers zijn zelf robuuster en gaan langer mee.

Indien gewenst kan in de grond onder de infiltrerende bestrating een noodvoorziening worden geplaatst, zoals een ondergrondse overloop waardoor een aparte leiding het water doorsluist naar een nabijgelegen oppervlaktewater of wadi. Ook kan het water ondergronds worden opgeslagen om groenstroken mee te bewateren. Dit gebeurt met zogeheten capillaire irrigatiesystemen.

‘Het toepassen van waterbergende bestrating bleek een uitkomst voor het overgrote deel van de woonstraten in de wijk’

Infiltrerende bestrating is zo een interessante maatregel om de openbare ruimte klimaatadaptief in te richten, vooral daar waar weinig ruimte is om verharding in te ruilen voor vergroening. Het toepassen van goede infiltrerende bestrating kan in sommige gevallen kostbare ingrepen zoals het aanleggen van aparte riolering, overbodig maken. En dat is voor gemeenten dubbel winstgevend: dit bespaart kosten in het aanleggen van zo’n riolering en het voorkomt schade door wateroverlast bij zware regenval.

In Nederland komt zware regenval van tien tot vijftig millimeter per uur gemiddeld zo’n 22 dagen per jaar voor, regenval van meer dan vijftig millimeter per uur valt gemiddeld zo’n 6 dagen per jaar.

Uitkomst bij ruimteschaarste

Sinds de jaren negentig wordt infiltrerende bestrating op de markt aangeboden. Ook de gemeente Utrecht past infiltrerende bestrating toe als een van de klimaatadaptieve ingrepen in de openbare ruimte. Als gevolg van het loslaten van de toplaag van waterdoorlatende stenen, de minder duurzame variant, stapte de gemeente Utrecht in 2014 over op waterpasserende bestrating.

Dit gebeurt onder andere in een herinrichtingsproject in de Kanaalstraat, een ander project in de wijk Leidsche Rijn en de inrichting van de Merwedekanaalzone. Vanaf de eerste aanleg in 1998 zijn waterbergende wegen toegepast binnen Leidsche Rijn, daar wordt het hemelwater door de stenen in de waterbergende fundatie geborgen en vanuit daar vertraagd afgevoerd naar de ondergrond en oppervlaktewater.

In het stedenbouwkundig plan voor Leidsche Rijn geldt een waterbergingscompensatie opgave van 45 millimeter vanuit Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden. Met uitzondering van waterlopen en parkachtige groenstructuren was rondom bouwkavels relatief weinig ruimte voor groen. ‘Het toepassen van waterbergende bestrating bleek een uitkomst voor het overgrote deel van de woonstraten in de wijk’, vertelt John Korssen, strategisch projectmanager bij de realisatie van Leidsche Rijn.

In totaal ligt er in Utrecht al ruim 720.000 vierkante meters aan waterdoorlatende en – passerende verharding. Daarbij maakt zij gebruik van zowel betonklinkers als gebakken klinkers. Dat heeft te maken met de drie kwaliteitsniveaus die de gemeente hanteert voor de inrichting van haar openbare ruimte: voor Utrechtse Allure, Domstad Bijzonder en Domstad gelden elk andere eisen aan het type bestrating.

In het project Kanaalstraat, dat dicht tegen het centrum aanligt en binnen Utrecht is aangemerkt als ‘bijzondere lijn’, wordt bijvoorbeeld gebruik gemaakt van gebakken materiaal voor een kwalitatief hoog straatbeeld. Die klinkers worden geleverd door het bedrijf Vandersanden. Hun Drainflow® waterpasserende straatbaksteen doet volgens Vandersanden geen concessie aan het straatbeeld, omdat ‘het verschil met reguliere straatbakstenen voor de gewone passant niet te zien is’.

Uitgelezen kans voor parkeervakken

En er zijn nog enkele andere eisen die gemeenten stellen aan de infiltrerende bestrating. Zo vraagt de gemeente Utrecht aan marktpartijen om een lage milieu-impact, waarbij de materialen voor de stenen zo lokaal mogelijk worden ingewonnen en geproduceerd. ‘Wat is bijvoorbeeld de meerwaarde van een grove fundatieopbouw uit Noorwegen ten opzichte van een minder grover straatzand uit de lokale zandwinplas’, zegt Korssen. ‘De vraag die wij ons als gemeente stellen is dan ook: weegt het voordeel van het ene materiaal op tegen de duurzame productie van een ander product?’

Ook moeten de stenen een lange levensduur hebben. En dat is mogelijk. Straatbakstenen, zoals de Drainflow® waterpasserende stenen van Vandersanden kennen een levensduur van gemiddeld 135 jaar, oplopend tot 180 jaar, en een hergebruik van bijna 90 procent. Dit duurzame en circulaire karakter van infiltrerende en gebakken straatklinkers is onafhankelijk bevestigd door het adviesbureau CE Delft. Gebakken straatstenen worden geproduceerd met Nederlandse rivierklei, officieel een hernieuwbare grondstof.

Naast de kwaliteit van de individuele straatstenen, is ook de duurzaamheid van het gehele systeem voor gemeenten belangrijk. Specifiek wegbeheerders passen infiltrerende bestrating nog niet overal en altijd toe.

Vooral op de toepassing in wegen ligt nog een stigma, aldus Freek Prozee, projectleider voor de herinrichting van de Kanaalstraat in Utrecht. ‘Ook in bochten en kruispunten vraagt de verkeersintensiteit om extra onderhoud.’ Infiltrerende straatstenen kunnen wat Vandersanden betreft prima worden toegepast in de rijweg. Zij leverden hun Drainflow® straatsteen eerder al voor de aanleg van rijwegen in Leidsche Rijn maar onder andere ook in De Graafschap Biddinghuizen en Vathorst Amersfoort. De verkeersintensiteit kan volgens hen worden opgevangen met stabiele straatlagen en goede beheer- en onderhoudsplannen.

Op plekken waar de verkeersintensiteit volgens de gemeente het gebruik van infiltrerende bestrating moeilijk maakt, kan worden gekozen voor het toepassen van deze straatstenen op parkeervakken langs de weg. ‘Voor parkeervakken, waar auto’s vooral stilstaan, leent de infiltrerende steen zich daarom soms beter’, zegt Prozee. Met het laagste punt van het parkeervak in het midden, ontstaat bij hevige regenval tijdelijk een soort ‘mini-wadi’. Daar kan het water met een infiltratiesnelheid van meer dan 400 millimeter per uur de aarde in. Joost Rosdorff, senior ontwerper bij de gemeente Utrecht, beaamt dat parkeerplaatsen zich goed lenen voor infiltrerende bestrating, onder andere door hun lagere ligging. De gemeente Utrecht is over de hele linie erg te spreken over infiltrerende bestrating. ‘Wij zijn zeer tevreden over kwaliteit en de waterpasserende verhardingen worden zeker meer toegepast, zoals in de inrichting van de openbare ruimte van de Merwedekanaalzone’, aldus Korssen.

Waterman en wegbeheerder

Aan de precieze impact van waterdoorlatende en -passerende bestrating willen Korssen en Prozee geen percentages hangen. Het is vooral een mooie ontwikkeling, zeggen zij. ‘Met dit soort materialen heeft de gemeente een nieuw instrument om vanuit het vak van landschapsarchitectuur bij te dragen aan een duurzamere en klimaatadaptieve openbare ruimte’, aldus Korssen. Volgens Rosdorff is de impact afhankelijk van de hoeveelheid ruimte om de bestrating dan wel andere maatregelen toe te passen.

Om de klimaatadaptieve, infiltrerende bestrating op de juiste manier en meer toe te passen, is goede samenwerking nodig tussen verschillende afdelingen binnen een gemeente. Dat onderschrijft ook het onderzoeksproject ‘De infiltrerende stad’ van de Hogeschool van Amsterdam. ‘Wat er vaak gebeurt: met waterdoorlatende of waterpasserende bestrating los je het probleem op van de waterman die zo zijn water kwijt kan’, vertelt onderzoeker Tom Schoenmakers. Door goed te communiceren met wegbeheerders, is van onverwachte beheerproblematieken geen sprake.

De oplossing is daarbij om beide partijen binnen de gemeente, de ‘waterman’ en wegbeheerder, integraal naar de verharding te laten kijken in de openbare ruimte. Dat vraagt volgens Schoenmakers om meer een nieuwe manier van denken en meer budget, bedoeld voor extra onderhoud. ‘Als je infiltrerende bestrating goed toepast, moet ze overal kunnen werken. Maar het is heel belangrijk dat je de juiste keuzes maakt. En dat is voor veel gemeenten nog geen gesneden koek, zij hebben daarbij behoefte aan heldere richtlijnen voor hoe deze bestrating te onderhouden’. Hier dient met zijn allen in geïnvesteerd te worden om de infiltrerende bestrating zijn functie te behouden.