Het hoger gelegen De Berg-Noord, een woonwijk op zandgrond, is een van de plekken waar hevige regenval voor wateroverlast kan zorgen. De gemeente Amersfoort is er ook bezig om de riolering voor hemelwater te scheiden van vervuild water. In een klimaatadaptatieproject, waarbij de gemeente regencoaches en groenbedrijf SIGHT Landscaping inzette, probeerde Amersfoort bewoners te betrekken bij hoe zij overtollig water kunnen bergen op momenten van hevige regenval.
Drie regencoaches namen contact op met buurtbewoners voor een voorverkenning, waarbij samen een ronde door de tuin werd gelopen om te brainstormen over klimaatadaptieve ideeën die passen in de tuinen van bewoners én in hun budgetten. Een van die coaches is Hélène Oudshoorn, zelf ook landschapsarchitect en lid van het kernteam Steenbreek Amersfoort.
Oudshoorn merkte op hoe veel bewoners goed ingelezen leken op de urgentie en mogelijkheden rondom klimaatadaptatie. ‘In de wijk was onderling ook veel contact. Er kwam buren meeluisteren als de regencoaches over de vloer waren. Het leukste wat wij als coaches konden bieden was hulp bij het laten zien van de mogelijkheden in de tuin. Vaak konden we de mensen verrassen met creatieve oplossingen die verdergingen dan de regenton.’
Met de nodige informatie over zowel de tuin als het huis, waaronder de capaciteit van de daken en de grootte van de achtertuin, stelden de coaches een maatwerkadvies met denkrichtingen op. Hierin konden bewoners verder bepalen of zij wilden deelnemen aan het hemelwaterproject van de gemeente. Zij gingen dan door naar de realisatiefase, waarbij naast de coaches ook SIGHT Landscaping in het project betrokken raakte.
Subsidie
Het resultaat van de inventarisaties die zij ontvingen verschilde, zegt Martijn Drost, uitvoerder voor SIGHT Landscaping. ‘Soms bleken de plannen minder uitvoerbaar dan met de coaches besproken is. Enkele plannen, zoals een waterberging in de tuin vlak bij de wortels van een grote eik, waren onmogelijk om uit te voeren.’
In veel gevallen konden bewoners zich niet direct een beeld vormen van hoe hun klimaatadaptieve tuin er uiteindelijk uit zou komen te zien, vervolgt Drost. Deelnemers doorliepen de eerste fase van het project vaak voorzichtig. Naarmate buurtbewoners samen met SIGHT Landscaping tot mooie resultaten kwamen, gingen buren volgens de uitvoerder overstag en ontstonden er ambitieuzere plannen. ‘Het ging deelnemer voor deelnemer, maar uiteindelijk hebben toch veertig bewoners zich aangemeld.’
In een Exceldocument dat SIGHT Landscaping de bewoners van De Berg-Noord voorlegde, werd een overzicht gedeeld van de kosten van de ingrepen in de tuin. Per huishouden werd door de gemeente een nettobedrag van 2000 euro beschikbaar gesteld als subsidie.
‘De ene bewoner ging ver boven dat bedrag en besloot extra geld bij te leggen om de beoogde ingrepen te realiseren. Andere bewoners hielden het bij een ingreep die maar 400 euro kostte’, aldus Drost. Niet alle bewoners maakten volledig gebruik van de gemeentelijke bijdrage.
Drost: ‘Ik sprak een aantal bewoners die aangaven de subsidie niet zo nodig te hebben om klimaatadaptief aan de slag te gaan. Dat wil niet automatisch zeggen dat ze het gedaan zouden hebben zonder dit project, maar de kosten hielden hen niet tegen.’
Verbouwen
SIGHT Landscaping ging vervolgens bij de bewoners langs, waar mogelijk gecoördineerd, om de klimaatadaptieve maatregelen uit te voeren. Daarbij werden afspraken gecombineerd om met zo min mogelijk vervoersbewegingen de juiste materialen af te leveren.
In mei vorig jaar is het project van start gegaan. Inmiddels zijn in nog enkele van de twintig tuinen werkzaamheden af te ronden. Van de uiteindelijk veertig aanmeldingen haakten er gaandeweg het project toch veel bewoners weer af. Dat had volgens Drost en Oudshoorn verschillende uiteenlopende redenen.
‘Op het moment dat het project in de wijk werd aangekondigd, lagen er bij sommige bewoners nog plannen om flink te verbouwen. Zij vonden het dan geen ideaal moment om ook de tuin aan te pakken’, zegt Oudshoorn. Andere bewoners voelden zich te oud om aan het project deel te nemen, ondanks uitgedragen enthousiasme. Sommige bewoners haakten toch af door de kosten die na de subsidie nog overbleven.
Inspirerend
‘De betrokkenheid van bewoners viel me erg op’, verteld Drost over de fase waarin hij met collega’s in de tuinen aan de slag ging. Veel bewoners toonden interesse in de opwaardering van hun tuin, sommige bewoners keken zelfs regelmatig over de schouder van de uitvoerders mee.
De resultaten zijn volgens Drost enorm inspirerend. Bewoners kozen voor maatregelen zoals regentonnen met een buffer van enkele honderden liters water, maar ook wadi’s. In een enkele tuin bedacht een bewoner om afgevangen regenwater via een glijbaan van dakpannen naar zo’n wadi te leiden.
Ook de Rainwinner werd ingezet: deze ‘regenwaterschutting’ past tussen reguliere schuttingen en houd water vast tot bewoners dit gebruiken om hun planten te irrigeren. Oudshoorn herinnert zich nog een Regenton+, een ton met overloop in de tuin. Een slang met gaatjes maakte het gemakkelijk om groen in de tuin te bewateren. Een normale regenton kwam niet voor de subsidie in aanmerking, die moest ten minste op een druppelslang naar de tuin worden aangesloten.
Kleine tuinen
In de wijk De Berg-Noord wonen veel ‘handige en goed opgeleide Amersfoorters’, viel Oudshoorn op. Een goed bewustzijn helpt volgens de regencoach bij het betrekken van bewoners bij participatieprojecten over klimaatadaptatie. Ook de tuinen van de woningen in de gekozen wijk lenen zich door hun grootte voor meer creativiteit in het bedenken van klimaatadaptieve oplossingen. Zo hebben wadi’s ongeveer een afstand nodig van 1,5 meter tot aan objecten zoals een boom of woning.
Dit wil volgens de regencoach niet zeggen dat een project zoals in die wijk niet ook in andere wijken kan worden uitgevoerd. ‘Ook in de kleine tuintjes zitten veel mogelijkheden. De oppervlakte van een dak sluit vaak goed aan op de oppervlakte van een tuin. Dan is de hoeveelheid regenwater in verhouding met de ruimte die je hebt om dat water in de aarde te laten infiltreren.’