De teelt van biobased materialen biedt volgens Bachmayer bovendien een ‘volwaardig alternatief agrarisch programma’ met minder verdroging, methaanuitstoot en stikstofdepositie.

Onder de noemer ‘van land naar pand’ nam Bachmayer, adviseur stedenbouw bij de gemeente Enschede, de biobased bouwketen in gebiedsontwikkeling onder de loep. Zijn thesis ‘Naar een biobased productielandschap’ werd onlangs beoordeeld met het cijfer tien.

1. De bouw van één miljoen is een sprookje als we nu niet omschakelen naar biomaterialenlandbouw? 

‘De meest materialen die we binnen de gebiedsontwikkeling gebruiken, scoren enorm slecht op de milieukostenindicator en Co2-equivalent: beton, isolatiematerialen, kunststoffen, et cetera. Binnen de lineaire gebiedsontwikkeling leunen we daarnaast op de aanvoer van grondstoffen van ver buiten onze grenzen waarbij het stedelijke gebied als afvoerputje fungeert.’ 

‘We worden nu geconfronteerd met wettelijke limieten voor stikstof en doelstellingen rond Co2 en circulariteit. Als je de bouw van 961.300 woningen op dezelfde wijze gaat organiseren als we altijd hebben gedaan, dan schieten we drie keer over de gestelde stikstoflimiet heen.’ 

2. Is circulair beton een alternatief voor biobased materialen? 

‘Beton is een van de meest belastende materialen. Dat begint bij het delven van de benodigde grondstoffen. En als we beton – maar ook isolatiemateriaal en kunststoffen –  recyclen, dan is dat meestal downcyclen. Het verwerken van beton, ook al is het gerecycled, is tevens een zeer Co2 en stikstof intensieve onderneming.’ 

‘Voor de bouw van nieuwe woningen, kantoren en ziekenhuizen zou je het gebruik van beton tot een minimum moeten beperken. Hout en vezels bieden een prima alternatief. Alleen voor grote civiele werken, bijvoorbeeld bruggen zou je beton moeten toepassen.’ 

‘Herprogrammeren is de beste optie voor overbodige gebouwen. Een tweede optie is duurzaam renoveren of misschien wel optoppen met behulp van biobased materialen.’ 

3. Je stelt dat biobased gebiedsontwikkeling het beste tot zijn recht komt op een regionaal schaalniveau. Wat betekent dit voor de Randstad, waar de vraag naar nieuwbouw het grootst is, maar de ruimte voor teelt van bouwmaterialen beperkt? 

‘Dat werpt wederom de vraag op of we wel zo veel moeten programmeren in het westen van het land. Natuurlijk begrijp ik dat dit vanuit economisch perspectief lastig is. Vanuit het perspectief van duurzaamheid is dat het niet.’  

‘De winst van biobased gebiedsontwikkeling holt namelijk achteruit bij lange en inefficiënte ketens. Uit de milieukostenindicator blijkt dat bij ketens boven de 150 kilometer (de hele keten, red.) de positieve voordelen van de teelt van biobouwmaterialen in de vorm van Co2-opslag teniet worden gedaan.  

‘Het oosten van Nederland biedt kansen en ruimte voor ontwikkeling en wellicht zelfs de oplossing voor de woningbouwopgave en biobased bouwen.’ 

‘Daarnaast blijkt dat je voor het beste rendement, gewas en bodem en vooral de mate van natheid op elkaar moet afstemmen.’  

‘Kijkend naar deze twee parameters kun je stellen dat een optimale biobased gebiedsontwikkeling binnen het provinciale schaalniveau plaatsvindt, met lokaal geproduceerde gewassen.’ 

4. Is Nederland wel groot genoeg om zelfvoorzienend te zijn in biobased bouwmaterialen?  

‘Als je voor de woningbouwopgave tot 2030 zelfvoorzienend wilt zijn op het gebied van vezelteelt, heb je hiervoor circa 4 procent van de cultuurgronden in Nederland nodig: een niche als je kijkt naar het agrarisch areaal. En je biedt daarmee een volwaardig alternatief voor de agrariër?die zoekt naar een alternatief programma of verdienmodel.’  

‘Een veehouder verdient nu ongeveer 1085 euro per hectare. Een vezelgewas als hennep levert per hectare 1200 euro op, zonnekroon zelfs 1800 euro.’ 

‘Als je als Nederland nu in bosbouw investeert, betekent dit dat je pas rond 2040 je eerste oogst kunt hebben. Tot die tijd kunnen wij voor ons hout terecht bij buurlanden waaronder Duitsland en Zweden, die met elkaar de capaciteit hebben om Europa van hout te voorzien voor circa 800.000 woningen per jaar.’ 

‘Deze buurlanden zijn van groot belang, niet alleen voor hun houtproductie, maar zeker ook voor de kennis die ze hebben op het gebied van biobased bouwen.’  

‘Zo is het biobased bouwen in Duitsland al stukken gangbaarder en zijn dealers van biobased producten over het gehele land te vinden.’  

‘Zweden is bezig met het realiseren van een compleet biobased business district, goed voor 7.000 kantoren en 2.000 woningen: schaalgroottes die wij hier nog niet kennen.’  

5. Wat is er voor nodig om ook in Nederland op te schalen, en er ook voor gebiedsontwikkelaars een lucratief verdienmodel van te maken?  

‘Daarvoor is het van belang dat wij grip krijgen op een aantal parameters: wat een biobased keten omvat, qua onderdelen, maar ook omvang; hoe en waar je veeteelt en bosbouw programmeert en wat er komt kijken bij de teelt van de desbetreffende gewassen en in welke mate context een rol speelt.’ 

‘We zitten nu nog in een experimenteerfase. Als we kijken naar een gebiedsontwikkeling dan kan certificering van biobased materialen de toepassing ervan aantrekkelijk maken. Dagelijks komen er nieuwe producten bij.’ 

‘Wat zal helpen, is als er op grotere schaal pilotlocaties worden aangewezen waar gemeente, de agrarische sector en bouwondernemingen samenwerken als eerste stap in de richting van biobased gebiedsontwikkeling, het initiatief Twentse Bouwboeren is hier een fantastisch voorbeeld van.’ 

‘Wettelijk voorschrijven is een lastige. Vanuit de EU is er wel een Co2-taks in de maak. Daardoor worden reguliere lineaire producten vanzelf duurder en komt biobased gebiedsontwikkeling vanzelf als aantrekkelijk alternatief in beeld. Het gaat er ook om dat je de markt stimuleert om zelf met oplossingen te komen.’ 

Met zijn thesis verkreeg Bachmayer het diploma van de deeltijdmaster Urban and Area Development (MUAD). Het onderzoek ‘Deus ex Machina, Naar een Biobased Productielandschap’ is tot stand gekomen in samenwerking met building balance, Wageningen University, STAWEL, Stichting landschap Overijssel, Dura Vermeer, TAUW, Rabobank, Twenteboard, HU, Saxion, Provincie Overijssel en gemeente Enschede. De complete thesis is te downloaden.