Het RIVM geeft daarmee in opdracht van het ministerie van IenW gehoor aan de oproep van de Gezondheidsraad om een structurele monitoring op te zetten voor ultrafijnstof.
De Gezondheidsraad zegt dat deeltjes kleiner dan 0,1 micrometer, die vrijkomen bij verbrandingsprocessen, een negatieve invloed kunnen hebben op de gezondheid. Vooral voor de luchtwegen, het hart en de bloedvaten en de groei van foetussen lijken deze deeltjes erg slecht.
Waar het ultrafijnstof vandaan komt, is deels bekend. ‘Sommige bronnen weten we, maar niet alles’, zegt een woordvoerder van het RIVM. Zo is wel bekend dat autoverkeer en luchtvaart een grote uitstoter is, maar is dat bij landbouw nog niet helder.
Daarom wordt het netwerk opgetuigd in zowel het landelijke gebied, buitenwijken en binnensteden. Om te beginnen met enkele apparaten. In 2024 volgen er meer apparaten en wordt dan een start gemaakt met de modellering.
Het meetnet wordt een uitbreiding op het bestaande Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit (LML). Daarmee wordt Nederland het eerste land in Europa dat ultrafijnstof structureel en voor lange tijd gaat meten. ‘Op incidentele basis zijn er overigens al wel metingen ultrafijnstof verricht in Europa.’
Meten ultrafijnstof geen sinecure
Voor fijnstof wordt het gewicht in de lucht gemeten. Ultrafijnstofdeeltjes zijn zo licht dat daarom het aantal deeltjes in de lucht gemeten wordt. ‘Meten van ultrafijnstof is geen sinecure’, zegt de woordvoerder.
Daarom duurt het ook tot zeker 2025 voordat de eerste resultaten beschikbaar komen. Een burgernetwerk van kleine sensoren voor een nog uitgebreide dekking zit er de komende jaren ook niet in, verwacht het RIVM.
Over anderhalf jaar kunnen bestuurders op basis van de actuele metingen en de modellen besluiten nemen. Denk aan het verminderen van het aantal auto’s op plekken waar veel ultrafijnstof wordt gemeten of een verbod op houtkachels in bepaalde wijken.
De eerste meetapparaten worden in het laatste kwartaal van dit jaar geplaatst. Drie daarvan zijn makkelijk te verplaatsen meetstations. Het RIVM kan nog niet zeggen hoeveel meetapparaten er precies worden geplaatst en waar ze komen. Dat heeft te maken met de financiering en operationele vraagstukken.