‘Ik denk echt dat het overtuigend is dat dit een verstandig idee is om dit te gaan doen. Uiteindelijk hak ik de knoop door, dat is mijn werk. En dan wordt er gebouwd.’
Dat zei minister De Jonge zondag in het programma ‘Waar gaan we bouwen’ van Pointer. Daarmee toont hij zich bereid om een doorbraak te forceren in een al jaren voortslepend hoofdpijndossier. De gemeente Alphen aan den Rijn en de provincie Zuid-Holland botsen over bouwen in de Gnephoek.
De Gnephoekpolder ligt in het noorden van de gemeente. Het is nu vooral een wandelgebied, waar honderd mensen wonen. Als het aan de gemeente ligt, verandert dat snel en worden er ruim 5.500 woningen gebouwd. Die zouden niet binnen de bestaande rode contouren passen.
Zuid-Holland verleent echter geen toestemming voor het buitenstedelijke bouwen. Daar heeft de provincie een hele reeks argumenten voor: de Gnephoek is een stilte- en weidevogelgebied, de bodem is niet geschikt, het voorzieningenniveau is er ondermaats en de aanleg van de benodigde infrastructuur voor de nieuwe wijk is te duur.
De polder zou bovendien niet nodig zijn voor het halen van de provinciale bouwambitie van ruim 235.000 nieuwe woningen tot 2030. Daarvoor zetten de provincie en De Jonge eind 2022 hun handtekening. In de verdeling van die woningen over de gemeenten, zijn de 5.500 woningen in de Gnephoek dan ook niet meegenomen.
Het is niet de eerste keer dat De Jonge zich met de Gnephoek bemoeit. Aanvankelijk wilde de gemeente er 10.000 woningen bouwen, maar na interventie van de minister werd dat teruggeschroefd naar 5.500. Dat aantal werd aan de minister geadviseerd door voormalig Deltacommissaris Wim Kuijken
Rond de zomer dient de gemeente een nieuw voorstel in bij de provincie Zuid-Holland voor de bouw van de 5.500 huizen. De provincie moet dat dan goed- of afkeuren. Mogelijk overruled de minister een eventuele ‘nee’ dan met een zogenaamde proactieve aanwijzing.