Lignine en bitumen zijn beide een bindmiddel. Ze plakken de steentjes in het asfaltmengsel aan elkaar en geven stevigheid. Het verschil: lignine is een biobased bindmiddel komt vaak voor in planten en bomen.  

Lignine is beschikbaar als reststroom bij papier- en bio-ethanolproductie. Daarnaast is voor de bio-based productie olie nodig, zoals lijnzaadolie. De CO2 die wordt gevangen in het asfalt, blijft daar volgens de onderzoekers permanent, omdat Lignine niet biologisch afbreekbaar is. 

In het onderzoek waarop de nieuwste cijfers zijn gebaseerd, schrijven de onderzoekers dat de Europese asfaltmarkt, die 11 miljoen ton bitumen per jaar gebruikt, een emissiereductie kan behalen van maximaal 12.000 kiloton CO2/eq per jaar. Dat kan meer worden als het vervoer en de productie verder vergroenen. 

Voordat lignine uitgebreid wordt toegepast, is verder onderzoek nodig naar onder meer de levensduur. Daarvoor zijn proefvakken aangelegd. 

De onderzoekers, onder wie een WUR-wetenschapper met een patent op lignine-asfalt, werkten samen met het CHAPLIN consortium. Daarin zitten onder meer Rijkswaterstaat, een aantal provincies, lignineleveranciers, bouwers en kenniscentra. Daardoor kon de complete keten onder de loep worden genomen. 

'Grasfalt' al aangelegd 

Het onderzoek bevestigt wat het Asfalt Kennis Centrum in Venlo al langer weet. De onderzoeksinstelling brengt al ruim een jaar op lignine gebaseerd asfalt op de markt onder de namen Grasfalt en Harsfalt. De lignine halen de Limburgers uit olifantengras, dat wordt geteeld in Nederland. 

‘Het groeit als kool, heeft de energetische waarde van steenkool en kan verbouwd worden onder de aanvliegroutes van Schiphol’, zei directeur Ralph Venema van het Asfalt Kennis Centrum vorig jaar tegen Stadszaken. 

De organisatie heeft inmiddels wegen aangelegd in onder meer Assen en Nijmegen.