De standaardisatie van stikstofberekeningen moet er snel komen, reageert Nepromdirecteur Jan Fokkema op de uitspraak van de Raad van State. Wooniminster Hugo de Jonge kondigde die standaardisatie eerder aan.
De hoogste bestuursrechter oordeelde woensdag dat de grens van 25 kilometer voor berekeningen van stikstofneerslag aanvaardbaar is en van kracht kan blijven. Het is een tussenuitspraak in de nog lopende zaak over het tracébesluit A15/A12 Ressen-Oudbroeken.
Volgens milieuorganisaties is de grens arbitrair, omdat ook na 25 kilometer stikstof neerdaalt. Het AERIUS-model zou niet toereikend zijn. Daarmee worden stikstofdeposities berekend, maar volgens de Raad mist de wetenschappelijke zekerheid om die neerslag ook na 25 kilometer te berekenen. Die neerslag kan dus niet aan individuele projecten worden toegerekend als die te ver weg liggen.
‘Stikstofcrisis geenszins bezworen’
‘De recente uitspraak van de Raad van State geeft bij sommigen wellicht aanleiding voor enige opluchting, maar de crisis is geenszins bezworen. Dankzij de uitspraak mag het AERIUS-model voorlopig gebruikt blijven worden bij vergunningverlening’, zegt Fokkema.
‘Maar het blijft een kwetsbaar instrument, waarmee maar weinig deskundigen goed mee om kunnen gaan en dat onnodig veel tijd kost bij de vergunningverlening van relatief kleine woningbouwprojecten met uiterst beperkte stikstofuitstoot.’
De Neprom vindt het zaak dat de Rijksoverheid haar stikstofbeleid snel en zorgvuldig uitvoert en met voortvarendheid piekbelasters uitkoopt, ‘zodat én de natuur zich kan herstellen én er meer ruimte komt voor maatschappelijk essentiële activiteiten’.
Fokkema: ‘Er moet op korte termijn heel veel gebeuren. Er is geen tijd meer voor getalm. Het kan toch niet zo zijn dat we ons erbij neerleggen dat we wegens falend beleid straks geen huizen meer kunnen bouwen, terwijl er een schreeuwende woningnood is?’