Vergunningaanvragers voor projecten die stikstofuitstoot veroorzaken, moeten tot een grens van 25 kilometer aantonen dat de negatieve gevolgen daarvan niet te groot zijn. Het gaat dan om bijvoorbeeld woningbouwprojecten, wegverbreding of de uitbreiding van een agrarisch bedrijf.

De regeling werd in 2021 door het kabinet vastgesteld, maar stond onder druk omdat de grens arbitrair zou zijn. Dat betoogden milieuorganisaties, waaronder Mobilisation for the Environment en Natuur en Milieufederatie Gelderland. De afstand zou te kort zijn voor een volledig overzicht van de gevolgen van de stikstofuitstoot.

De Raad van State oordeelt nu dat de grens wel degelijk ‘aanvaardbaar’ is. Na 25 kilometer kan niet meer met wetenschappelijke betrouwbaarheid worden gemodelleerd wat de stikstofeffecten van een project zijn. Het ministerie van Landbouw heeft dat onder meer met onderzoeken van RIVM en TNO ‘overtuigend gemotiveerd’, aldus de Raad. 

De rechter stelt wel dat stikstof die buiten de grens neerslaat op een natuurgebied nog steeds relevant is. Maar die depositie is onderdeel van de totale stikstofneerslag in Nederland en is niet meer toe te rekenen aan individuele projecten.

Dat de grens van 25 kilometer standhoudt bij de hoogste bestuursrechter, is goed nieuws voor de bouw. Als de grens zou vervallen, zouden berekeningen voor lopende vergunningaanvragen opnieuw moeten worden gedaan. Mogelijk zouden dan meer woningbouw- of infraprojecten worden afgekeurd. Of er zouden meer sanerings- of compensatieregelingen moeten worden genomen.

De Raad van State deed de uitspraak over de grens naar aanleiding van een zaak over het tracébesluit A15/A12 Ressen-Oudbroeken. Het betreft een tussenuitspraak. Vanwege het grote maatschappelijke belang heeft Raad van State ervoor gekozen om alvast een oordeel te geven over de rekenafstand van 25 kilometer.

De definitieve uitspraak over het tracébesluit volgt later. De bezwaren van vijf bezwaarmakers moeten nog beoordeeld worden.