De biodiversiteit loopt hard achteruit. Wereldwijd daalt het aantal (wilde) bijen, vlinders, zweefvliegen en andere bestuivende insecten. Nederland slaat wat dat betreft relatief een slecht figuur. Van de 360 soorten bijen in Nederland dreigt meer dan de helft te verdwijnen. Overheden moeten dus aan de bak, met serieus beleid.
'Een beleidsstuk met de opmerking dat we gaan werken aan biodiversiteit, daar kun je niks mee. Daar zit ook de grootste uitdaging: hoe ga je nu beleid vertalen naar concrete acties? Naar verordeningen binnen die wetgeving zodat een wethouder of volgende wethouder of gemeenteraad niet kan zeggen: dat gaan we toch niet doen.’
Dat zegt Eddy Schabbink van IPC Groene Ruimte. Hij pleit ervoor dat gemeentelijke overheden veel meer samenwerken, niet alleen intern, maar ook met waterschappen, woningcorporaties en provincies. Een positieve ontwikkeling is volgens Schabbink dat vanuit de rijksoverheid is aangegeven dat bodem en water sturend zijn.
Het verdwijnen van bestuivende insecten kan grote consequenties hebben voor bijvoorbeeld de voedselproductie. De FAO, de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties, becijferde dat wereldwijd driekwart van alle landbouwgewassen afhankelijk is van bestuivende insecten zoals wilde bijen en zweefvliegen.
Bewustwording
Bestuurders spelen een belangrijke rol in groene initiatieven. Binnen steden zijn veel verschillende locaties denkbaar waar maatregelen ter bevordering van de biodiversiteit gerealiseerd kunnen worden. Zoals stadsparken en begraafplaatsen, bedrijventerreinen en boomspiegels.
Het begint volgens Schabbink met bewustwording en het besef dat men elkaar vanuit de verschillende domeinen hard nodig heeft. De gemeentelijke organisatie zal anders moeten gaan denken en werken en er moet meer kennis en kunde komen, volgens Schabbink. Hij zegt dat hiervoor een enorme cultuursysteemverandering nodig is.
‘Dat is het allermoeilijkste wat er is. We hebben ons gepositioneerd bovenaan de voedselpiramide en we zijn ons er helemaal niet meer van bewust dat we onderdeel uitmaken van het systeem. We hebben ons boven alles verheven en vanuit die positie denken wij dat allemaal te moeten sturen.’
Maatregelen
Onderzoeksinstituut Naturalis heeft samen met Stedin en een groep experts, (stads)ecologen en biologen, een lijst van vijftig maatregelen opgesteld en deze beoordeeld op basis van verwachte effectiviteit voor herstel van de biodiversiteit.
Een van de grootste oorzaken van de afname in biodiversiteit en het uitsterven van soorten is versnippering van leefgebieden. Door verstedelijking en infrastructuurprojecten is de natuur opgesplitst in kleinere gebieden waar veel dieren zich niet meer vrij tussen kunnen bewegen. Door slimmer om te gaan met beheer en aanleg van natuur kunnen gefragmenteerde natuurgebieden verbonden worden.
Maar ook het stimuleren van het bodemleven is belangrijk. Een kwart van de wereldwijde biodiversiteit is te vinden in de bodem. Bodemleven is belangrijk voor een goede bodemstructuur, afbraak van organisch materiaal en voor gezonde plantengroei. Op het gebied van de waterhuishouding kunnen ook stappen worden gezet zoals regenwater afkoppelen van het riool, het aanleggen van wadi’s en die rijkelijk te beplanten.
Groene daken, bijvoorbeeld met een dikkere laag substraat die een grotere diversiteit aan (meestal) kruidachtige planten kunnen huisvesten, leveren eveneens een goede bijdrage. Zo vonden onderzoekers op groene daken veel verschillende insecten- en vogelsoorten (Hop & Hiemstra, 2013). Insectenhotels en zandhopen in parken of bij wadi’s kunnen nestgelegenheid bieden voor vele bijensoorten.
Problemen en kosten
Als er nu niet wordt gewerkt aan biodiversiteit en klimaatadaptatie, dan worden de volgende generaties volgens Schabbink opgezadeld met enorme problemen en kosten. Hij noemt in dat verband enorm verzuurde en verzilte bodems, nog meer water wegpompen dan ooit gedaan is, hittestress en dus nog meer energie nodig om de boel gekoeld te krijgen.
Volgens minister Christianne van der Wal voor Natuur en Stikstof kunnen de negatieve effecten van de teruglopende biodiversiteit in een positieve bijdrage worden omgezet als de dagelijkse activiteiten meer in overeenstemming worden gebracht met de behoeften van de natuur.
Dat zegt ze in de uitgave Aan de slag met … Biodiversiteit die IPC Groene Ruimte, Vereniging Stadswerk en Stichting Steenbreek deze maand uitbrengen. De uitgave is in eerste instantie bedoeld voor gemeentelijke organisaties en biedt op een laagdrempelige manier informatie over biodiversiteit en handvatten voor publieksacties. Bij de uitgave hoort een lijst met interessante cultuurplanten voor biodiversiteit.
Volgens Van der Wal biedt het boekje veel handvatten en praktische aanvullingen, die Nederlanders in staat stellen om samen hun omgeving tot een betere plaats te maken voor al wat leeft.