‘Dit is in de kern hartstikke fout. Als huizen te duur zijn moet de prijs omlaag, niet de leenruimte omhoog. Hoe meer geld je in de markt pompt, hoe duurder de huizen worden. Dit is dus wel degelijk hartstikke prijsopdrijvend. Zo stroomt er meer geld door naar ontwikkelaars en grondeigenaren.’ 

Dat zegt woningmarktanalist Jasper du Pont over een nieuw fonds voor starters waar de coalitie mee op de proppen komt. Huishoudens met een bruto-inkomen tussen de 40.000 en 60.000 euro kunnen aanspraak maken op een lening van maximaal 75.000 euro uit dit zogenaamde Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen. Bij verkoop moeten het geld en een deel van de mogelijke waardeontwikkeling worden terugbetaald. Het gaat om bijdragen voor woningen uit vooraf geselecteerde nieuwbouwprojecten. 

Het fonds zou de toegang van starters tot de woningmarkt vergroten, de bouw van starterswoningen stimuleren en niet prijsopdrijvend werken. ‘Het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen kan substantieel bijdragen aan de realisatie van meer koopwoningen die bereikbaar zijn voor starters, zowel nu als in de toekomst’, aldus de indieners van de wet. 

Stichting OpMaat, die het fonds beheert, schrijft in een persbericht: ‘Het Koopfonds heeft geen prijsopdrijvend effect op de woningmarkt. De verkoopprijs is namelijk gebaseerd op de getaxeerde marktwaarde en de koopstarter betaalt bij doorverkoop de ontvangen koperskorting terug.’ 

Niet nodig voor nieuwbouw 

Dat is onzin, stellen Du Pont en ook woningmarktanalist Nic Vrieselaar van de Rabobank. Door de regeling stappen huishoudens die anders niet zouden meedingen naar de woningen nu de markt op, legt Du Pont uit. De vraag stijgt dus, zonder dat het aanbod verandert. Ook het argument dat het fonds nieuwbouw zou aanzwengelen, is volgens hem incorrect. ‘De huizen zouden ook zonder de regeling per definitie tegen de marktprijs verkocht worden. Want als ze niet verkocht worden, is de vraagprijs boven de marktprijs. Voor een hogere bouwproductie is de regeling dus niet nodig.’ 

Vrieselaar schrijft in een reactie op een post van OpMaat op LinkedIn: ‘Opmerkelijk dat jullie zeggen dat een Nationaal Koopfonds niet prijsopdrijvend zou werken. Indien succesvol betekent zo’n fonds namelijk dat nog meer mensen op zoek gaan naar een koopwoning. Dat betekent dat woningzoekenden er nog meer concurrentie bij krijgen, en dat betekent wel degelijk dat jullie plan kan bijdragen aan nog hogere huizenprijzen.’

Johan Conijn, emeritus-hoogleraar woningmarkt aan de UvA en directeur Finance Ideas verwacht geen direct prijseffecten bij de woningen die onder de regeling vallen omdat deze is gebaseerd op de marktwaarde, maar wel op de rest van de woningmarkt. ‘Dat noem ik een effect van de tweede orde', zegt hij. ‘Mensen die achter het net vissen bij woningen die via de regeling worden aangeboden, gaan elders op zoek naar een huis. Dat werkt prijsopdrijvend bij die woningen. Ik verwacht geen gigantisch prijseffect, maar het is zeker niet verwaarloosbaar.’