Voor 2050 moeten zeven miljoen woningen en één miljoen utiliteitsgebouwen van het gas af. Sleutelwoord daarbij is elektrificatie. Daarvoor is isolatie onmisbaar, schrijven economen Piet Eichholtz, Linde Kattenberg en Nils Kok in een artikel op ESB. ‘Een niet-geïsoleerde woning is in de winter niet warm te krijgen met infraroodpanelen of een warmtepomp. Dus de energietransitie in de gebouwde omgeving begint met isolatiemaatregelen.’ 

Eichholz, Kattenberg en Kok, allen verbonden aan de Universiteit Maastricht, rekenden uit hoe rendabel dat isoleren is onder huidige en ‘normale’ marktsomstandigheden. Allereerst: isolatie werkt. Huishoudens gebruiken gemiddeld 20,1 procent minder gas na isoleren. Vooral muurisolatie leidt tot meer besparing.  

Dit lagere gasverbruik is vervolgens consistent, met grote financiële gevolgen. Met de gasprijzen van vóór de huidige energiecrisis was het rendement 18,3 procent en de terugverdientijd 5,5 jaar. Met de huidige gasprijzen is het rendement 41,6 procent en de terugverdientijd 2,4 jaar. 

‘Er bestaan weinig investeringen met zulke hoge rendementen, zeker bij zo’n laag risico – de baten zijn vrijwel vast, en ze zijn uitstekend te voorspellen. Met andere woorden: zelfs voor een klimaatscepticus is het isoleren van de woning een uitstekend idee’, concluderen de economen. ‘Vanwege de uitzonderlijk hoge rendementen, zijn subsidies over het algemeen overbodig.’ 

De auteurs erkennen wel dat de benodigde investeringen voor isolatie niet door alle huishoudens op te brengen zijn. ‘Hierbij is het gratis aanbieden van isolatie aan inkomens met lage inkomens, bijvoorbeeld door middel van een gericht voucherprogramma, een mogelijke remedie.’