In september 2022 verleende de gemeente Baarn een omgevingsvergunning voor het tijdelijk plaatsen van zes woonunits en een kinderdagverblijf voor Oekraïense vluchtelingen. Het gaat om een locatie in het Maarschalkbos. Dit bos met een hertenkamp is sinds 1919 in bezit van de gemeente.
De Stichting tot behoud Maarschalksbos, die zich inzet voor het behoud en de exploitatie van het bos en het hertenkamp, is het niet eens met de vergunningverlening. De vereniging vreest dat bouw in het bos ten koste gaat van de flora en fauna. Ze vroegen een oordeel van de rechter, waarbij de stichting naar het Didam-arrest verwees.
Dit arrest, dat voortkomt uit een uitspraak van de Hoge Raad, bepaalt dat het direct gunnen van grond door een gemeente niet zomaar mag. Dat kan alleen met ‘toetsbare, objectieve en redelijke criteria’, om vriendjespolitiek te voorkomen. Anders moet er een open selectieprocedure plaatsvinden.
De gemeente Baarn zou bij het verlenen van de omgevingsvergunning onvoldoende mededingingsruimte hebben geboden. Ook zou onduidelijk zijn hoe de gemeente op ‘objectieve, toetsbare criteria tot gronduitgifte aan zichzelf’ kwam.
De rechter wijst erop dat bij het bestreden besluit helemaal geen sprake is van gronduitgifte aan de gemeente Baarn. Het Didam-arrest is dus niet van toepassing. De stichting argumenteerde nog dat de gemeente grond zou uitgeven aan de mensen die in de mobiele units gaan wonen. Ook dat is onzin, oordeelt de rechter. ‘De mensen die in de units komen wonen worden door de verleende omgevingsvergunning geen eigenaar van de grond. De rechtspraak waarnaar de stichting verwijst is hier dus niet van toepassing.’