Aardwarmte, ook wel geothermie genoemd, maakt gebruik van warm water vanuit minimaal 500 meter onder de grond voor verwarming. Omdat bij aardwarmte activiteiten in de diepe ondergrond plaatsvinden, is de Mijnbouwwet van toepassing op de vergunningen. Bij de totstandkoming van de wet in 2002 was aardwarmte nog nauwelijks een factor. Nu steeds meer wordt ingezet op aardwarmte was een aanpassing van de wet nodig.
De aanpassing die vandaag door de Eerste Kamer is aangenomen, stelt nadere regels aan de toetsing van vergunningsaanvragen, bevat regels om grondwaterkwaliteit te beschermen en legt een basis voor versnelling van de aardwarmtesector en het veilig en verantwoord winnen van aardwarmte in Nederland.
Om uitvoering te geven aan de wetswijziging moeten ook het Mijnbouwbesluit en de Mijnbouwregeling worden aangepast. Dat traject loopt op dit moment. De komende tijd maakt de overheid met de sector afspraken over de invoering van de wijzigingen in het vergunningsstelsel.