Minimaal 30 procent sociaal, 25 procent ‘middeldure huur’ en 25 procent ‘betaalbare koop’. Dat is de verdeling die de nieuwe Haagse coalitie van GroenLinks, PvdA, CDA, D66 en VVD nastreeft bij nieuwbouw in de Hofstad. In totaal moeten de komende jaren vierduizend woningen per jaar worden opgeleverd.
‘Een tekort aan betaalbare woonruimte is één van de uitdagingen van de stad. In het coalitieakkoord wordt gekozen voor een hoger percentage betaalbare woningen, zowel koop als huur. Het zogenaamde middensegment’, schrijft de coalitie in een toelichting.
De inzet op 25 procent middenhuur is een verhoging ten opzichte van de afgelopen jaren. Met de Woonagenda 2019-2023 zette de stad nog in op 20 procent middeldure huurwoningen bij nieuwbouw. Het geambieerde percentage sociale huur blijft met de 30 procent gelijk. Wel zal deze inzet resulteren in een relatieve krimp van het sociale segment. Het totale percentage sociale huur in de stad bedraagt nu namelijk bijna 46 procent, berekende Trouw eerder.
In het Central Innovation District, één van de grootste gebiedsontwikkelingen van de stad, liggen de woningverdelingen iets anders. Hier streeft de gemeente naar 30 procent sociaal, 20 procent middelduur en 20 procent middeldure koop. Er is dus meer ruimte voor vrijesectorhuur of dure koopwoningen. In dit gebied moeten ruim 20.000 nieuwe woningen komen, waarmee het een belangrijk onderdeel is van de nieuwbouwambities van de stad.
De Haagse plannen zijn in lijn met ambities van woonminister Hugo de Jonge. Die streeft naar minimaal 30 procent sociale huur in elke gemeente en naar een aandeel van twee derde ‘betaalbaar’ bij nieuwbouw. Middeldure huur en koop worden daarbij meegerekend.