In het onderzoek Verkenning Energietransitie en Gezondheid keek het CBS naar de relatie tussen een energiemaatregel en één gezondheidsuitkomst. Dit gebeurde op basis van bestaande databronnen en vier verkennende onderzoeken:
- Gasverwarming en luchtwegklachten
- Isolatiegraad en luchtwegklachten
- Isolatiegraad en slaapproblemen
- Energiearmoede en stress
Om een beeld te krijgen van het totale gezondheidsaspect van deze energiemaatregelen, keek het CBS ook naar de relatie tussen het collectief aan maatregelen en de bijbehorende zorgkosten. In het gehele onderzoek is gecorrigeerd voor achtergrondkenmerken, om zo omgekeerde causaliteit te voorkomen. Zo trekken duurzamere woningen vaker mensen met een hoger inkomen en betere gezondheid aan, wat een vertekend beeld kan geven.
Vocht en schimmel zijn boosdoener
Het CBS meldt een sterk verband tussen het energielabel en het voorkomen van vocht en schimmel in eenzelfde woning. De kans op vocht en schimmel is 75 procent lager bij een woning met een gunstig label vergeleken met een huis met een ongunstiger label. Bewoners van een woning met vocht en schimmel hebben volgens het onderzoek 15 procent meer kans op het gebruik van astma- of COPD-medicatie.
In een woning met het label A of B zijn er, na correctie voor achtergrondkenmerken, ongeveer 2 op de 1000 personen die minder medicatie gebruiken, dan bewoners in een woning met energielabel C. Onder personen tot 50 jaar blijkt dit effect nog iets groter: van de 1000 personen in een label A of B woning maken er 3 minder gebruik van astma- of COPD-medicatie. Vergelijken met woningen met label D tot G is dit 5 op de 1000 mensen minder.
Ook ziet het CBS een duidelijk verband tussen beter geïsoleerde woningen en het gebruik van slaapmedicatie. Vooral de isolatie van de gevel is volgens het verkennende onderzoek relevant: een gevelisolatie van één niveau hoger lijkt samen te hangen met 2 tot 6 procent minder kans op slaapmedicatie.
Daar komt bij dat een hogere energiequote, de energierekening als percentage van iemands besteedbare inkomen, in relatie staat met een grotere kans op stress. Het aandeel personen met stress bij de groep met een energiequote bij de hoogste 20 procent is gemiddeld 14 procent hoger dan bij personen met een energiequote bij de laagste 20 procent. Wel zegt het CBS dat er geen directe relatie lijkt te bestaan tussen een energielabel en stress en is vooral de energierekening de oorzaak.
Soms lagere zorgkosten
Het CBS onderzocht ook het verband tussen gasverwarming en zelf gerapporteerde astma uit de Gezondheidsenquête, maar vond hierin geen duidelijke relatie. Ook ziet zij geen eenduidige aanwijzingen voor een relatie tussen gasverwarming en het gebruik van astma- of COPD-medicatie.
Alleen bij personen tot 50 jaar, na correctie voor leeftijd, geslacht en achtergrond lijkt er 4 procent meer kans te zijn op medicatiegebruik bij gasverwarming ten opzichte van stadswarmte.
Uit de aanvullende analyse naar de relatie tussen alle energiemaatregelen en de zorgkosten (als indicator voor de totale gezondheid), blijkt ook geen eenduidig verband. Wel lijken stadsverwarming en de isolatie van de gevel of het dak van een woning samen te hangen met lagere zorgkosten. Dit geldt niet voor een gunstiger energielabel of de isolatie van slaapkamerramen of de vloer.