Een gebiedsgerichte aanpak is daarbij het uitgangspunt met coördinatie op regionaal niveau, waarbij de provincies, naast het Rijk een sturende rol gaan vervullen. Dat schreef de VRO-minister woensdag in de brief aan de Kamer, waarin hij meer helderheid geeft over proces en planning van de ‘verbouwing’ van Nederland.

‘We willen voldoende duurzame en betaalbare woningen, schakelen over naar duurzame opwekking van energie en maken de omslag naar kringlooplandbouw met een gezonde en diverse natuur. Op een klein oppervlak moet veel gebeuren. Dat vergt keuzes, slimme combinaties en innovaties’, aldus De Jonge. 

Ruimtelijke puzzel

De grote opgaven op het terrein van onder meer de volkshuisvesting, de transitie van het landelijk gebied en de opwek van duurzame energie, worden nu door verschillende ministeries uitgewerkt in nationale programma’s. De keuzes die daarin gemaakt worden, zullen in de provincies ruimtelijk gaan landen. De regie loopt via het programma NOVEX. 

Minister De Jonge legt in oktober 2022 in een startpakket aan elke provincie de ruimtelijke opgaven voor. De twaalf provincies wordt gevraagd de nationale opgaven en doelen ruimtelijk te vertalen, in te passen en te combineren met decentrale opgaven. Dan is duidelijk welke ruimtelijke keuzes nodig zijn en waar ruimtelijke opgaven realiseerbaar zijn. In oktober 2023 komen Rijk en provincie in samenspraak tot een ruimtelijk arrangement per provincie.

Naast ruimtelijke regie per provincie wordt in de 16 zogeheten NOVEX-gebieden - waaronder Schiphol, Het Groene Hart en alle grootstedelijke gebieden - ook ingezet op gebiedsgerichte regie. In deze gebieden komen veel nationale opgaven samen, is de transitie ingrijpend of overstijgt het de grenzen van de provincie. Met het oog op de toekomstbestendigheid van de gemaakte keuzes geldt dat water en bodem een leidende en bepalende rol spelen, zoals al in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) is vastgesteld.

Gedeeld toekomstbeeld

Gelijktijdig met de NOVI en de gebiedsgerichte uitwerking van het beleid in de NOVEX wil het Rijk met de andere overheden werken aan ‘Mooi Nederland’. Daarin staat behoud en versterking van de ruimtelijke kwaliteit centraal. Het programma werkt aan een gedeeld beeld van de toekomst van ons land en regelt nieuwe concepten voor de inrichting van gebieden, waar onder meer het College van Rijksadviseurs de afgelopen jaren al bouwstenen voor heeft gelegd. De minister wil de traditie van ruimtelijke ordening weer in ere herstellen door ‘te doen waar we goed in zijn.’ Samen met provincies, gemeenten, waterschappen en iedereen die mee wil denken en doen.

De Jonge: ‘De ruimtelijke opgaven die op ons afkomen zijn immens. Om die in goede banen te leiden, moeten we de regie hernemen. Het is een kwestie van rentmeesterschap. We zijn het aan onze kinderen en kleinkinderen verplicht om meerdere generaties vooruit te denken. Daarom moeten we keuzes maken die leiden tot een mooi en toekomstgericht land dat we met trots kunnen doorgeven.’

Aanscherpen en versnellen

In de regie op de ruimtelijke ordening staan drie perspectieven centraal: landbouw en natuur; netwerken voor energie en onze economie, en leefbare steden en regio’s. ‘Mooi Nederland’ schetst voor elk perspectief drie nog uit te werken concepten die op gebiedsniveau toepasbaar zijn. Bijvoorbeeld concepten over het tegengaan van ‘verrommeling’ door grootschalige bedrijfsvestigingen, samen met andere opgaven, mooi in het landschap op te laten gaan. Of de toepassing van ‘groen’ tegen hittestress en wateroverlast bij binnenstedelijke verdichting. Een ander concept in ‘Mooi Nederland’ is de teelt van ‘biobased’ bouwmaterialen zoals vezelgewassen. Het versterkt het landschap, het vermindert de CO2-uitstoot en verduurzaamt de woningbouw.

De programma’s Mooi Nederland en NOVEX regelen de aanscherping en versnelling van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Het streven is de aangescherpte NOVI in 2024 vast te stellen als nationaal ruimtelijk beleid.

NOVEX-gebieden 

De NOVEX-gebieden vloeien voort uit de definitie van acht NOVI-gebieden, zeven verstedelijkingsstrategieën, een tweetal nieuwe gebieden en een enkele samenvoeging. In de zestien NOVEX-gebieden is de nationale urgentie hoog om tot samenhangende ruimtelijke keuzes te komen. Daarmee onderscheiden ze zich van de gebieden waar Regiodeals en RES’en (Regionale Energie Strategieën) spelen. In de NOVEX-gebieden moet de versnelling van de uitvoering gedurende de lopende kabinetsperiode gestalte krijgen.

1. Amsterdam Noordzeekanaalgebied 

In dit gebied is een fundamentele transitie nodig naar een circulaire en fossielvrije economie. De ruimte die daarvoor nodig is brengt spanning mee met andere ruimtevragende functies, zoals verstedelijking en waterberging, de leefbaarheid en de instandhouding van het werelderfgoed Hollandse Waterlinies. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister van Economische Zaken en Klimaat

2. Regio Schiphol 

In dit drukbevolkte gebied stapelen bij uitstek veel grote (ruimtelijke) opgaven: ruimte voor de luchthaven, woningbouw, kwaliteit van de leefomgeving, instandhouding werelderfgoed Hollandse Waterlinies. Voor dit gebied is een toekomstbestendig perspectief met bijbehorende keuzes noodzakelijk. 

Achtergrond: nieuw NOVEX-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister van Infrastructuur en Waterstaat

3. Verstedelijkingsgebied Metropoolregio Amsterdam 

Voor deze regio geldt een forse bouwopgave. De verstedelijkingsstrategie voor dit gebied richt zich op de bouw van 175.000 woningen tot 2030, waarbij mogelijkheden worden onderzocht om dit te verhogen tot 220.000 woningen, met daarnaast ruimte voor 250.000 arbeidsplaatsen tot 2040. Deze opgave brengt veel andere opgaven met zich mee; zorg voor de bijbehorende duurzame energieopwekking, het op orde houden van de bereikbaarheid, instandhouding werelderfgoed Hollandse Waterlinies en Beemster en voldoende groen in en om het stedelijk gebied. 

Achtergrond: Verstedelijkingsstrategie. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

4. Verstedelijkingsgebied Zuidelijke Randstad 

Voor deze regio is in 2019 een verstedelijkingsakkoord gesloten. Afgesproken is 70.000 woningen en ruimte voor werk (80.000 arbeidsplaatsen) te realiseren langs de ‘Oude Lijn’ en 100.000 woningen op goed bereikbare plekken. Hiermee wordt de agglomeratiekracht van deze regio versterkt. Recent is bestuurlijk afgesproken om tot een actualisering en verbreding van het akkoord te komen (groen, energie). 

Achtergrond: Verstedelijkingsstrategie. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening 

5. Rotterdamse haven 

Ook in dit havengebied is een fundamentele transitie nodig naar een circulaire en fossielvrije economie. De ruimte die daarvoor nodig is levert spanning met andere ruimtevragende functies op en met de leefomgevingskwaliteit. Hierbij speelt ook dat het havengebied grenst aan het stedelijk gebied van Rotterdam. Dit brengt vraagstukken van stedelijke transitie met zich mee. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister van Infrastructuur en Waterstaat

6. Het Groene Hart 

De ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving van het Groene Hart staat onder druk door de verstedelijkingsbehoefte en de daar aan gekoppelde mobiliteit, de noodzaak om bodemdaling tegen te gaan, de daarbij komende noodzaak om andere manieren van landbouw te gaan bedrijven en de behoefte tot opwekken van duurzame energie. Ook ligt in het Groene Hart een deel van het UNESCO werelderfgoed Hollandse Waterlinies. Een gebied dus met stapeling van veel en diverse opgaven die een samenhangende aanpak vereisen. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 

7. Verstedelijkingsgebied Utrecht-Amersfoort 

In deze regio komt een forse woon- en werkopgave samen met de landelijke functie van deze regio als ‘draaischijf’ van Nederland. De verstedelijkingsstrategie voor deze regio richt zich met nabijheid als leidend principe op de realisatie van 112.000 arbeidsplaatsen tot 2040 en de bouw van 90.000 woningen tot 2030 en 165.000 woningen tot 2040. Dit vraagt in deze regio om aanzienlijke aanvullende bereikbaarheidsmaatregelen, maatregelen om het groen mee te laten groeien en het de waarden van het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies te borgen en te versterken. 

Achtergrond: Verstedelijkingsstrategie. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

8. Gebied Arnhem-Nijmegen-Foodvalley 

Voor dit gebied is de strategie ‘Meer landschap, meer stad’ opgesteld, gericht op de realisatie van 100.000 woningen tot 2040 en bijbehorende arbeidsplaatsen tot 2040. In deze strategie is natuurontwikkeling een belangrijk onderdeel. Voor delen van dit gebied ligt er ook een belangrijke opgave als het gaat om natuurversterking en landbouwtransitie. 

Achtergrond: Verstedelijkingsstrategie, incl. omliggend landelijk gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Natuur en Stikstof 

9. North Sea Port District 

In dit gebied gaat het om de verduurzaming van het havenindustrieel complex Gent – Terneuzen – Vlissingen. Dit moet gebeuren in combinatie met een bereikbaarheidsopgave en het feit dat deze regio met bevolkingsdaling te kampen heeft. Daarnaast moeten oplossingen gevonden worden in een grensoverschrijdende context. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Klimaat en Energie 

10. Stedelijk Brabant 

De verstedelijkingsstrategie voor dit gebied richt zich op de realisatie van 94.000 woningen tot 2030 en de bijbehorende werkgelegenheid. Op kortere termijn liggen er grote kansen in het metropool regio Eindhoven met hoogstedelijke centrumontwikkeling. Hiermee moet ook de Brainport positie van deze regio worden versterkt. 

Achtergrond: Verstedelijkingsstrategie. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening 

11. De Peel 

In De Peel komen heel veel opgaven samen die elkaar beïnvloeden en ruimte vragen. Zoals de landbouw-en energietransitie, natuurherstel, aanpak van droogte, verbeteren van de waterkwaliteit, economische vitaliteit, reactivering vliegbasis De Peel, verstedelijking, leefbaarheid en beschikbaarheid van voorzieningen. In dit gebied gaat het dus om een fundamentele transitie van het gebied. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Natuur en Stikstof 

12. Zuid-Limburg 

Hier gaat het om het circulair maken van de economie (transitie Chemelot), aanpak van kwetsbare wijken en hun bewoners en het duurzame behoud en klimaatbestendig maken van het Nationaal Landschap Heuvelland. Dit mede naar aanleiding van de recente wateroverlast. Dit in een grensoverschrijdende context. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Minister/ staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat

13. Regio Zwolle 

Belangrijk vraagstuk in dit gebied is hoe de opgave voor wonen en werken te combineren met de klimaatopgave en het watersysteem in deze regio. Tot 2040 moeten er 49.000 woningen en 20.000 arbeidsplaatsen in de regio Zwolle worden gerealiseerd. De grootste uitdaging voor de regio zit in het “klimaatadaptief verstedelijken”. Door haar ligging in de delta van de IJssel én Vecht is de regio extra kwetsbaar voor klimaatverandering en waterveiligheid. 

Achtergrond: NOVI-gebied en Verstedelijkingsstrategie. Trekkend bewindspersoon: Minister van Infrastructuur en Waterstaat

14. NOVEX-gebied Groningen (gebied tussen de stad Groningen, Hoogezand-Sappemeer, Delfzijl en de Eemshaven – Eemshaven) 

In dit gebied is sprake van stapeling van opgaven (energietransitie, innovatieve economie, toekomstbestendige landbouw, krimp en groei) in combinatie met de urgentie van de versterkingsopgave. 

Achtergrond: NOVI-gebied. Trekkend bewindspersoon: Staatssecretaris Mijnbouw 

15. Verstedelijkingsgebied Groningen-Assen 

Voor dit gebied richt de strategie zich op de realisatie van 21.000 woningen tot 2030 en de bijbehorende werkgelegenheid (28.000 arbeidsplaatsen tot 2040). Realisatie van woningen gebeurt zowel in Groningen Stad en Assen als in de kleinere kernen. Hiermee moet de leefbaarheid in de hele regio versterkt worden. 

Achtergrond: Verstedelijkingsstrategie. Trekkend bewindspersoon: Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening 

16. Lelylijn 

In het Coalitieakkoord is afgesproken om uit te werken hoe de Lelylijn, in het kader van het Deltaplan voor het Noorden, kan bijdragen aan versterking van de economie van het Noorden, de ontsluiting van nieuw te ontwikkelen woningbouwgebieden en betere internationale treinverbindingen met het noorden van Duitsland. Dat is wat er gaat gebeuren in deze samenhangende gebiedsuitwerking. 

Achtergrond: nieuw NOVEX-gebied. Trekkend bewindspersoon: Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat