Bij de test in Haarlem wordt het wattage bij de ongeveer zestig laadpalen tijdelijk naar beneden bijgesteld. Dat gaat automatisch via een algoritme. Daarvoor zijn de palen gekoppeld met het GOPACS-platform. Dat is een platform voor de uitwisseling van elektriciteit. De auto’s laden dan minder snel als het druk is. Dat kost enkele minuten extra laadtijd per auto. Op de bewuste laadpalen zijn stickers geplakt, zodat autobezitters weten dat het laden langer kan duren. 

De bestaande 120 laadpunten leveren de elektriciteit al variabel sinds vorige week donderdag. ‘Op de achtergrond testen wij het systeem met hele kleine prikkels’, zegt Corinne Poort van MRA-e. Haar organisatie is een samenwerkingsverband van overheden in de provincies Noord-Holland, Flevoland en Utrecht en helpt met de aanbesteding voor laadpalen. MRA-e voert ook tests uit voor een efficiëntere inzet van de laadpunten en stimuleert elektrisch vervoer. 

Het systeem kan met de kleine, automatische verlaging voorkomen dat het elektriciteitsnetwerk overbelast raakt. Bijvoorbeeld in de avond tussen 18 en 20 uur, als veel mensen thuiskomen van werk, hun auto aansluiten en elektrisch gaan koken. ‘Als je alle laadpalen zou aansluiten, kan dat heel veel opleveren.’ MRA-e heeft het over 10MW op meer dan 10.000 laadpalen. Daarom hebben de partijen voor deze test voor een grotere stad gekozen, zegt Poort. 
 
De pilot is geslaagd als de betrokken partijen leren wat nodig is om deze methode op grotere schaal uit te voeren, zonder dat de laadsessies minder betrouwbaar worden. Dan blijft de levering van energie stabiel en betaalbaar en kan de groei van elektrisch rijden doorzetten, zegt MRA-e. 

De organisatie is betrokken bij meer testen met laadpunten. Zo wordt ook gekeken of alleen geladen kan worden in periodes met veel zon of met windkracht. Naast overheden richt MRA-e zich ook op particuliere laadinfrastructuur, zoals die op bedrijventerreinen.