De vrijdag gepubliceerde dataset, die het PBL ‘RUDIFUN’ noemt, toont de dichtheid en morfologie van een gebied. Dat doet het met onder andere de totale vloeroppervlakte en de oppervlakte van de functies in een bepaald gebied; de Floor-Space Index en Mixed Use Index. Deze eenheden zijn beschikbaar op de schaal van bouwblok, buurt, wijk en gemeente.

De data kan je vervolgens koppelen aan andere stedelijke eigenschappen als gezondheid, leefbaarheid, mobiliteit en de vastgoedmarkt. ‘Natuurlijk zijn er al hypothesen over de samenhang tussen dichtheid en andere ruimtelijke factoren’, zegt projectleider Arjan Harbers. ‘Maar met deze dataset kan je er echt diep in duiken. We weten bijvoorbeeld dat de Amsterdamse grachtengordel heel dicht bebouwd is en erg leefbaar. Maar voor andere dichtbebouwde gebieden gaat dat juist weer niet op. Met deze data kun je analyseren hoe die verschillen precies ontstaan.’

Naast dit soort onderzoek is de dataset ook bruikbaar voor planvorming. Harbers: ‘Met de datasetkunnen stedenbouwkundigen en planologen toekomstige gebiedsontwikkelingen vergelijken met bestaande stukken stedelijk gebied. Stel, je werkt aan een gebied waar een bepaalde hoeveelheid woningen moet komen, en een bepaalde hoeveelheid andere functies, in een bepaald aantal hectare. Die parameters kun je invullen in het systeem, en dan toont het vergelijkbare gebieden. Daar kan je dan van leren.’

Het PBL heeft zelf vooralsnog geen uitgebreide analyses met de data gedaan. Wel kan Harbers een aantal eerste opvallendheden delen. Zo is Den Haag de dichtstbebouwde gemeente van Nederland, gevolgd door Westland. Het gaat daarbij wel om heel verschillende bebouwing: in Den Haag gaat het om stenen, in Westland vind je vooral kassen. Wat de dataset ook toont: je hebt geen hoogbouw nodig voor hoge dichtheden. Het centrum van Utrecht is één van de dichtstbebouwde gebieden van Nederland, maar er is amper hoogbouw.

Het PBL publiceerde in 2019 al een vergelijkbare dataset. De vrijdag beschikbaar gestelde dataset is een geactualiseerde, verbeterde en uitgebreide versie, meldt het PBL. Bovendien kan met de nieuwe dataset worden teruggekeken in de tijd, zodat duidelijk wordt waar de ruimtelijke dichtheden zijn toe- of afgenomen.