U werkt 23 jaar bij Saxion, waarom is het juist nú gelukt om uw eigen lectoraat op te richten?

‘De maatschappelijke relevantie is hoger dan ooit. Voor de provincie Overijssel geldt hetzelfde als voor de rest van Nederland: gemeenten hebben te veel grond, te veel leegstand en weten niet hoe ze de problemen kunnen oplossen. Wij hebben vanuit de provincie en Herstructureringsmaatschappij Overijssel (HMO) de opdracht gekregen om effectieve werkwijzen voor de overheid te identificeren, te onderzoeken en te delen voor het vraaggericht ontwikkelen van werklocaties.’

En dat betekent?

‘We benaderen de ontwikkeling van werklocaties in de breedste vorm: optimaliseren van vestigingsfactoren, PPS en interactieve besluitvorming, bedrijfsmigraties, wonen op werklocaties, asielzoekersvraagstukken, stedelijke herverkaveling, interregionale samenwerking, de Ladder voor duurzame verstedelijking, et cetera. Wij limiteren ons niet tot één thema. Per thema en per project onderzoeken we de overheidsprocessen. Wat zijn de succesfactoren, wat ging fout en hoe kijken ondernemers tegen de werkwijze van de overheid aan? Elke gemeente vertelt dat ze faciliteert, maar wat betekent dat en ervaren de ondernemers dat ook zo? Wij willen de overheid een constructieve spiegel voorhouden.’

Met andere woorden: hoe vraaggericht en ondernemend werkt de overheid?

‘Ja, heel direct komt het erop neer dat we projecten van de HMO gaan analyseren en bekijken of hun werkwijze als leidraad kan dienen voor gemeenten. De herstructureringsmaatschappij gaat pas aan de slag als er een vraag is vanuit de markt. Er moet commitment en investeringsbereidheid zijn en dan is de HMO ook bereid om financieel iets te betekenen voor gebiedsontwikkeling en processen aan te jagen. Natuurlijk breiden we dat onderzoek ook uit door te kijken naar andere (private) organisaties en gemeenten die bezig zijn met de ontwikkeling van werklocaties.’

‘Misschien komt er een soort tweedeling van de overheid die meer mogelijkheden biedt om structureel te werken met het bedrijfsleven’

Moet de overheid dan meer op de HMO gaan lijken?

‘Je kunt niet verwachten – en het is ook zeer de vraag of het wenselijk is – dat de overheid een bedrijf wordt. Wat mag onder de overheidsparaplu vallen? Dit is een spannende stap; misschien komt er een soort tweedeling van de overheid die meer mogelijkheden biedt om structureel te werken met het bedrijfsleven. Een kerngedeelte voor de wettelijk verplichte taken zoals vergunningverlening en handhaving, en een ‘satelliet’-gedeelte met een pakket aan opties voor maatwerkondersteuning vóór en samenwerking mét de ondernemers.

Onze opdracht is om erachter te komen wat mensen bij gemeenten en bedrijven zeggen over het gevolgde proces. Zo kunnen we meer grip krijgen op wat een gemeente kan en moet doen. Het verschil tussen “kan” en “moet” is belangrijk. Nut is niet gelijk aan noodzaak, en meer ondernemend denken in businesscases maakt het gemakkelijker om kosten, baten en risico’s in concrete projecten sneller, beter en rechtvaardiger te verdelen.’

Wij als Stadszaken horen regelmatig dat succesvolle projecten vaak te maken hebben met gepassioneerde mensen. Niet een bepaalde aanpak, maar de mens bepaalt het succes.

‘De weg naar betere werklocaties gaat altijd via mensen. Het draait om wat mensen willen, weten en kunnen. Investeringsbereidheid van een ondernemer (het “willen”) kun je beïnvloeden door het geven van maatwerkinformatie (het “weten”) en als er ook voldoende deskundigheid en middelen beschikbaar zijn (het “kunnen”), dan heb je in principe een haalbare ontwikkeling. Maar, uiteindelijk bepaalt de motivatie van de betrokken partijen of ze echt gaan investeren.

Hier ligt dan ook de ontwikkelopgave waar het lectoraat zich op richt. Het bouwen van businesscases rond investeringsbereidheid is mensenwerk, en effectieve werkwijzen die door jarenlange ervaring zijn opgebouwd kunnen breed worden gedeeld. We willen kennis delen en ontwikkelen in en met de praktijk in open Communities of Practice & Research, waar professionals, studenten en onderzoekers oplossingsgericht samenwerken aan thema’s of praktijkopgaven. We willen uiteraard ook de nieuwe manieren van denken en handelen integreren in onze opleidingen, en hierin zijn we al heel goed op weg. Onze studenten worden – en voelen zich ook – als tijdelijke leden van het lectoraat en we hopen dat al na dit studiejaar rond de 150 studenten (!) hebben bijgedragen aan onze opgave.’

Is een echte cultuuromslag binnen de overheid nodig?

‘Het gaat in ieder geval om het aanbieden van praktische handvatten en goede voorbeelden. Cultuuromslag klinkt, denk ik, te negatief. Het suggereert dat mensen nu helemaal fout bezig zijn, zo is het zeker niet. We komen in de praktijk heel veel hard werkende en gepassioneerde EZ-ambtenaren tegen die echt hun best doen voor de ondernemers. De opgave heeft meer te maken met de verandering van de rol van de overheid, en die verandering zal ruimte geven voor de ontwikkeling van andere manieren van werken.’

Kunt u een goed voorbeeld geven dat kenmerkend is voor de nieuwe manier van werklocatieontwikkeling?

‘Ik denk dan direct aan de verhuizing van Wehkamp van Dedemsvaart naar Zwolle. Er was behoefte aan uitbreiding en nieuwbouw van een volledig geautomatiseerd distributiecentrum op een goed ontsloten locatie in Zwolle. Dit bood weer de mogelijkheid voor uitbreiding van een ander bedrijf in Dedemsvaart. Het resultaat: twee tevreden gemeenten, twee tevreden ondernemers en veel tevreden werknemers. Wat wil je nog meer?’

Voormalig promovendus Huub Ploegmakers van de Radboud Universiteit constateerde dat 400 miljoen euro aan investeringen van de Taskforce (Her)ontwikkeling Bedrijventerreinen geen economisch effect had opgeleverd. Landelijk nieuws. Hoe gaat u het nieuws halen?

‘Het onderzoek van Ploegmakers staat ver af van onze benadering van werklocaties. Ik hanteer het motto uit de film Kelly’s Heroes: positive waves. Nederland is de afgelopen jaren bezig met mopperen en problemen. Er is geld verspild, gemeenten hebben te veel grond aangekocht en er is veel leegstand, maar dat lossen we alleen op met een positieve houding en een oplossingsgerichte benadering. Het nieuws halen is dan lastiger, maar als wij in de komende vier jaar een wezenlijke bijdrage leveren aan het verbeteren van overheidsprocessen met betrekking tot werklocaties binnen de provincie Overijssel, dan ben ik tevreden.’

Dr. K.E. (Kjell-Erik) Bugge werkt sinds 1993 aan bedrijventerreinontwikkeling en is sinds 1 september 2015 lector Ontwikkeling Werklocaties bij Saxion in Deventer. Hij is gespecialiseerd in procesdesign en procesmanagement voor complexe interactieve besluitvormingsprocessen. In 2013 is Bugge gepromoveerd op de ontwikkeling van een model waarmee gemeenten herstructureringsprocessen van bedrijventerreinen kunnen versnellen.