Twee van de 34 aanvragen voor het Nationaal Groeifonds gaan over de binnenvaart: één voor de inzet van waterstof en één op basis van batterijen. De probleemstelling is volgens het CPB duidelijk: ‘De uitstoot van CO2, maar ook fijnstof en stikstof door de binnenvaart, is een probleem voor het klimaat én het milieu in bredere zin.’
‘Het grootste risico is dat de markt de investeringen na 2026 niet kan overnemen’, schrijft het CPB in haar analyse. ‘Met name omdat dieselolie voor gebruik in de binnenvaart nu nog is vrijgesteld van belastingen (elektriciteit wordt wel belast). Varen op fossiele brandstoffen is daarmee kostentechnisch aantrekkelijk.’ Iets soortgelijks zegt het CPB over de aanvraag voor scheepvaart op waterstof.
Het CPB zet voor de beoordeling in op maatregelen van de Europese Commissie om de CO2 voor grote binnenvaartschepen te laten beprijzen. Ook wil de Europese Commissie de accijnsvrijstelling opheffen. Maar dit is nog geen vaststaand beleid en blijft daarmee een risico, waarschuwt het CBP.
Toch krijgt de aanvraag voor Zero-emissie Binnenvaart, batterij-elektrisch, een bijdrage van 50 miljoen euro. Daarmee worden 14 docking stations aangelegd, 77 batterijen aangeschaft en 45 schepen vóór 2026 omgebouwd. De bedoeling is dat alleen op groene stroom wordt gevaren.
Emissieloos varen kan, schrijft de commissie, met investeringen in dockingstations, batterijcontainers en het ombouwen van schepen. Zo ontstaat er een rendabel en schaalbaar netwerk van open-toegankelijke laadinfrastructuur en energiecontainers. Scheepseigenaren betalen dan voor het gebruik.
De aanvraag van ruim 115 miljoen euro voor het ombouwen van twaalf schepen, het aanleggen van vier waterstof-vulstations en 118 containers voor gasvormige waterstof, haalt het niet. De commissie adviseert het kabinet negatief over deze aanvraag. De commissie vindt het voorstel niet voldoende onderbouwd. Het project heeft al wel subsidie uit andere fondsen gekregen.