Gemeenten konden al 50 procent van de beschikbare huurwoningen toewijzen op basis van ‘de economische of maatschappelijke binding’ die woningzoekenden met de gemeente hebben. Binnen die 50 procent mocht maximaal 25 procent gaan naar mensen met een lokale binding.
Het wetsvoorstel regelt dat gemeenten zelf mogen bepalen hoe die 50 procent wordt ingezet. Zo mag een gemeente ook besluiten dat de maximaal helft van de huurwoningen naar eigen inwoners moet gaan. Dat is meer dan de 30 procent die De Jonge eerder aankondigde.
Ook invloed op koopwoningen
De Jonge geeft gemeenten naast de huurwoningen ook meer invloed op nieuwe bewoners van koopwoningen. De helft van de woningen tot de NHG-grens van 355.000 euro mogen gemeenten toewijzen aan eigen inwoners.
Met het wetsvoorstel krijgen gemeenten ook ruimere mogelijkheden om woningen toe te wijzen aan mensen met cruciale beroepen. Denk daarbij aan politiemensen, leraren of verpleegkundigen. Grote steden geven aan dat het lastig is om aan goede mensen met deze beroepen te komen, omdat het wonen in de stad te duur en de reisafstand te groot is.
Recht van de sterkste
‘Te lang hebben we gedacht dat de markt zelf wel voldoende huizen zou bouwen voor starters, gezinnen en ouderen. We zien inmiddels dat het recht van de sterkste steeds meer bepalend is voor wie welk huis kan kopen’, motiveerde de minister zijn plannen op een CDA-bijeenkomst in februari.
Afgelopen vrijdag kreeg De Jonge groen licht van zijn collega’s in de ministerraad, waarna hij het voorstel naar de Raad van State stuurde. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar zodra de minister de wet indient bij de Tweede Kamer.