We moeten slimmer omgaan met het huidige elektriciteitsnet, zegt Hans-Peter Oskam, directeur Energietransitie en Beleid bij Netbeheer Nederland. De verzwaringsopgave bij netbeheerders moet op het hoogste tempo worden aangepakt, maar volgens Oskan is dat op zichzelf niet genoeg.
Op de korte termijn kunnen netbeheerders niet aan de grote vraag voldoen. Zij lopen daarbij tegen knelpunten aan als het vinden van voldoende technisch personeel, ruimte, materialen en doorlooptijden van procedures.
Dat terwijl het elektriciteitsnet een belangrijke spil in de Nederlandse energietransitie is. Zo werd recent bekend dat het Rijk opnieuw zwaar inzet op windenergie op zee. Maar al jaren hebben netbeheerders te maken met grote wachtlijsten voor het aansluiten van enkele duizenden producenten van groene stroom. Ook veel bedrijven die de stroom willen afnemen staan in de wacht.
Een herziening van huidige wet- en regelgeving, tariefstelsels en subsidies kan volgens de netbeheerders de druk op het net deels verlichten. Acht beleidsmaatregelen, gepresenteerd in het rapport ‘Het net slimmer benut!’, moeten voor hoognodige aanpassingen zorgen.
1. Producententarief
Opwekkers moeten volgens Netbeheer Nederland een producententarief betalen, gekoppeld aan het aantal kW dat zij aan aansluitvermogen nodig hebben. Dit moet stroomopwekkende partijen stimuleren om efficiënter aan het net te leveren.
2. Ongegarandeerde aansluiting
Het moet voor netbeheerders mogelijk zijn om in bepaalde gevallen een ‘ongegarandeerde aansluiting’ te bieden. Dit houdt in dat afnemers geen garantie hebben op stroom, maar wel een lager tarief betalen op basis van hun werkelijke energieverbruik.
3. Subsidie voor batterijen bij zonne-energie
Een concrete regeling voor batterijopslag voor zonneparken moet voorkomen dat het net bij piekproductie overbelast raakt. Hierdoor kan volgens de netbeheerders CO2-reductie worden versneld. Door het gebruik van batterijopslag kan extra zon worden aangesloten zonder netverzwaring. Opgeslagen groene energie kan ’s avonds grijze stroom vervangen. Elektriciteit hoeft dan minder snel ‘weggegooid’ te worden
4. SDE++
Een aanpassing aan de regeling SDE++ moet eigenaren van zonne-installaties ook ertoe bewegen om efficiënter van het net gebruik te maken, door opgewekte stroom lokaal op te slaan en af te laten nemen. Ook kunnen zonne-installaties verschillende opwekmethodes combineren om meer gespreid aanspraak te maken om het elektriciteitsnet.
5. Maximale aansluitwaarde kleinschalig zon-pv
Een ander voorstel van de netbeheerders is gericht op kleinverbruikers van zonne-energie, zoals consumenten met zonnepanelen op het dak. Een nieuwe standaard voor omvormers, dat volgens netbeheerders een lager vermogen moet hebben, helpt piekbelasting en spanningsklachten terugdringen.
6. Subsidie voor thuisbatterijen
Subsidie voor thuisbatterijen het net ook ontlasten. Stroom kan worden opgeslagen en later aan het net worden geleverd. Een subsidie van 700 tot 2.000 euro per huishouden is volgens de netbeheerders nodig om een thuisbatterij financieel aantrekkelijk te maken.
7. Aanbestedelingen laadpunten
Netbeheerders stellen ook voor om meer eisen op te nemen in aanbestedingen voor (semi)publieke laadpalen. Laadpleinen genieten volgens de netbeheerders de voorkeur boven kleine laadpalen, omdat zij in één keer aan het net kunnen worden aangesloten.
8. Warmtetransitie
De laatste maatregel is gericht op de warmtetransitie. Door deels in te zetten op warmtenetten en geothermie, blijken investeringen in het elektriciteitsnet achteraf niet nodig. Het Rijk moet daarom haar visie op de warmtetransitie aanscherpen, vinden de netbeheerders. Door duidelijkheid over welke infrastructuur nodig is, kunnen netbeheerders gerichtere en efficiëntere investeringen doen.