Begin februari besloot minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Hugo de Jonge om de geplande inwerkingtreding van 1 juli 2022 uit te stellen. Volgens de minister moet de wet op een ‘verantwoorde manier’ worden ingevoerd. De nieuwe datum biedt daar de ruimte voor, aldus De Jonge.
‘We staan voor grote ruimtelijke opgaven. Het bouwen van nieuwe woningen, het verbeteren van de energievoorzieningen, het beheren van de natuur en economische bedrijvigheid. Om de schaarse ruimte goed in te richten, is er meer regie en meer samenhang nodig. De Omgevingswet biedt die mogelijkheid. Maar moet wel zorgvuldig worden ingevoerd om te voorkomen dat de dienstverlening aan inwoners en bedrijven niet in het geding komt en gebiedsontwikkeling ongehinderd doorgang kan vinden’, zegt minister De Jonge over de invoering van de wet.
‘Daarom moet er in de praktijk voldoende ruimte en tijd zijn om te oefenen met het nieuwe digitale systeem. Door de datum van 1 januari 2023 te hanteren kan de wet verantwoord worden ingevoerd en is er duidelijkheid voor alle betrokken partijen.’
De minister, de Vereniging van Nederlandse Gemeente (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen spraken donderdag 24 februari over het belang van een verantwoorde invoering van de wet.
De datum van 1 januari 2023 biedt volgens hen aan alle betrokken partijen ‘duidelijkheid en meer zekerheid om goed te kunnen oefenen met het nieuwe digitale systeem en de nieuwe manier van werken.’
Te snel
Zeven softwareontwikkelaars die gemeenten ondersteunen bij het invoeren van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), pleitten eerder vorige week in een brief bestemd voor de Eerste Kamer voor langer uitstel. Dat meldt Binnenlands Bestuur. Het medium heeft de brief in handen.
In het DSO staan alle benodigde ruimtelijke gegevens, waarmee nieuwe ruimtelijke plannen worden gemaakt en gepubliceerd. Voordat de Omgevingswet van kracht wordt, moet het DSO werken en moeten alle betrokken partijen goed met het systeem om kunnen gaan. Het digitale systeem zorgt al langer voor problemen bij de invoer van de Omgevingswet, en was samen met corona de reden voor eerdere uitstellen.
De leveranciers vinden dat een onafhankelijke instantie moet beoordelen of het DSO klaar is voor gebruik. Inwerkingtreding van de Omgevingswet zou dan negen maanden later kunnen volgen.
De brief werd uiteindelijk niet naar de Eerste Kamer gestuurd. Dat zou niet verstandig zijn, citeert Binnenlands bestuur uit e-mailverkeer tussen de leveranciers. ‘Als het gaat om ons primaire doel, herstellen van een goede samenwerking, lijkt het niet te helpen en zou het zelfs tegen ons kunnen keren.’
Verder sleutelen
‘De inwerkingtreding van de Omgevingswet is een belangrijk startmoment. Vanaf dan wordt de wet in de praktijk toegepast. Ook na 1 januari 2023 is er nog veel werk aan de winkel en kunnen onvolkomenheden niet worden uitgesloten’, schrijft BZK in een persbericht.
Het nieuwe stelsel voor het omgevingsrecht en het DSO worden volgens BZK ook na inwerkingtreding verder ontwikkeld en gemonitord, om de doelen van de wet te halen en de beoogde veranderingen door te voeren.