In het nieuwe sloopbeleid wordt geen gebruik meer gemaakt van sloopkogels en hamers: als gebouwen niet langer kunnen worden hergebruikt voor andere bestemmingen, worden vrijkomende grondstoffen en materialen in de sloop zo zorgvuldig mogelijk verzameld. Sorteer- en recyclingbedrijven verwerken de grondstoffen die zich daar niet voor lenen. Met circulaire sloop zet de gemeente Leiden een extra stap richting de doelstelling om alle gemeentelijke bouwprojecten vanaf 2023 volledig hernieuwbaar uit te vragen.
De gemeente verwacht met het circulaire sloopbeleid 615 kilo CO2-uitstoot, gelijk aan 270 kilometer autorijden, te besparen op elke bruto vierkante meter vloeroppervlak. In totaal verwacht de gemeente de komende jaren 530.000 vierkante meter te slopen voor de Leidse woningbouwplannen, wat neerkomt op een besparing van 350 miljoen kilogram aan uitstoot. Dit is volgens de gemeente de helft vergeleken met de conventionele sloop van een gebouw. Vanaf 1 januari moet tachtig procent van gemeentelijk sloopwerk in Leiden circulair zijn, oplopend tot negentig procent in 2024. Stoffen als asbest maken het onmogelijk om gebouwen tot honderd procent circulair af te breken.
Materialen die tijdens de sloop herbruikbaar blijken, worden opgeslagen tot zij in andere bouwplannen nodig zijn. ‘Wellicht is niet alles meteen bruikbaar. Voor de opslag hiervan moeten we nieuw een terrein ontwikkelen’, zegt wethouder Yvonne van Delft tegen het Leidsch Dagblad. Als alternatief kunnen de herbruikbare materialen ook worden verkocht aan derde partijen.
Het sloopbeleid, dat vanaf 1 januari ingaat, geldt vooralsnog alleen op plekken waar de gemeente zelf opdracht voor de sloop geeft. ‘We kunnen het nog niet opleggen bij andere projecten, maar wel afspraken maken met ontwikkelaars en woningcorporaties. Het kan voor hen ook goedkoper zijn, want het valt niet mee om bijvoorbeeld aan staal te komen’, aldus Van Delft. Uit nationale cijfers blijkt dat de bouwsector verantwoordelijk is voor vijftig procent van de vraag naar nieuwe materialen.
In 2020 sloot de gemeente Leiden zich al aan bij het landelijke Betonakkoord dat voorziet in het gebruik van duurzamer beton. Daarnaast werkt de gemeente in toenemende mate met andere circulaire werkprincipes zoals direct hergebruik, de losmaakbaarheid van componenten en de inzet van hernieuwbare en biobased materialen. Ook hanteerde ze haar nieuwe sloopbeleid al bij de sloop van de Teldersschool en het bouwrijp maken van het Rijnsburgerblok in het Leidse stationsgebied. De uitkomsten gaven de gemeente reden om het sloopbeleid officieel in te voeren.
Wethouder Van Delft denkt dat de keuze van de gemeente Leiden in 2022 vervolg krijgt van andere partijen en gemeenten: ‘Met ons circulaire sloopbeleid hopen we dat vele bedrijven in Leiden en in de rest van Nederland en ook andere Nederlandse gemeenten ons volgen.’