Nederland staat hoog aangeschreven als het gaat om drinkwatervoorziening, zegt Jelle Hannema (60), directievoorzitter van drinkwaterbedrijf Vitens. ‘We hebben een traditie op het gebied van water. Ons oudste waterbedrijf dateert van 1883, dus we hebben zo’n 140 jaar de tijd gehad om ons te bekwamen in dit vak. Nederland loopt ver voor op andere landen.’ Een voorbeeld van die hoge deskundigheid is het chloorvrije water. ‘Als je in het buitenland komt, krijg je vaak water met een chloorsmaakje. Alle Nederlandse waterbedrijven zijn in staat om hun proces zo te beheersen dat het niet nodig is om chloor toe te voegen om bacteriologische besmetting te voorkomen.’

Toch staat de vanzelfsprekendheid van levering van voldoende en kwalitatief hoog drinkwater onder druk. ‘Tot 2018, met die eerste droge zomer, ging het ook helemaal niet over drinkwater. Want het was er. Nu die klimaatverandering een zichtbare realiteit is en we in de afgelopen zomers met droge en hitteperiodes zijn geconfronteerd, is duidelijk geworden dat die vanzelfsprekendheid dat het water gewoon altijd maar uit de kraan komt, er niet altijd zo is. Die droge en hitteperiodes hebben ons als waterbedrijven op scherp gezet.’

De vraag naar water wordt, zo zegt Hannema, steeds groter. ‘Er is een toename van 10 procent over de afgelopen 6 jaar, vooral door de hete zomers. Sinds de hete, droge zomer van 2028 zijn we op basis van bepaalde situaties gaan communiceren met onze klanten; nu er nog meer droge periodes zijn geweest, doen we dat structureel over duurzaam watergebruik. Bijvoorbeeld via een tool waar je je watergebruik kunt vergelijken met anderen, en nieuwsbrieven. De boodschap is vooral hoe belangrijk het is om duurzaam met ons water om te gaan, of het nu kraanwater of regenwater is, en dat we ons veel meer bewust moeten zijn van het belang om het water vast te houden.’

Kantelpunt

In de toekomst zullen Vitens en de andere waterbedrijven meer water moeten leveren, zegt Hannema. ‘We zien dat de bevolking nog steeds groeit en dat het gemiddeld gebruik per persoon stabiel is, al zien we een toename in gebruik bij die droge zomers. We hebben in Nederland te maken met een enorme woningnood en we weten dat we een enorme woningbouwopgave hebben. Door de groei van het aantal woningen zal het waterverbruik toenemen. Dat betekent dat we dan extra moeten gaan leveren.’

Is er wel genoeg water? ‘Ja, als we het maar goed vasthouden. De klimaatverandering en de weersextremen brengen met zich mee dat we vaker extreme droogteperiodes hebben, maar ook meer waterval hebben. Dus per saldo gaat er meer water vallen. Als we het meteen afvoeren, dan ben je het kwijt. Dat saldo moet je vangen door te zorgen dat dat water niet meteen wordt afgevoerd en te zorgen dat de bodem rijker wordt, meer organisch stofgehalte krijgt waardoor water meer wordt gebonden. Dus zorgen dat met name op de hoge zandgronden niet alles meteen via greppels en beken wordt afgevoerd en dat we in de natuur wat minder naaldhout hebben en meer loofhout omdat dat water minder verdampt over de periode van een jaar.’

‘Als we doorgaan zoals we nu doen, krijgen we problemen’

Volgens Hannema zitten we nu op een kantelpunt: ‘Je merkt dat in het nadenken over hoe we zorgen dat we water beter vasthouden. Als we dat doen en als we de ruimtelijke ordening beter op het watersysteem aansluiten, dan is er water genoeg. Als we doorgaan zoals we nu doen, dan komen we op een gegeven moment op een probleem uit.’

De Eeuwige Bron

Het watersysteem beter op de ruimtelijke ordening aansluiten vereist een heel andere wijze van werken, beseft Hannema. ‘Nu is het zo dat we bij bouwprojecten beginnen met een locatie en daar dan een plan voor maken. En dan kijken we: hoe doen we dat met het water? Wij vinden dat op het moment dat je een keuze maakt voor een locatie en je kijkt naar de inrichting, het water daarin leidend moet zijn. Als je nieuw gaat bouwen of gebieden gaat inrichten, moet je dat doen op plekken waar voldoende water is, maar ook dat je het zo doet dat je zoveel mogelijk water vasthoudt. Niet alleen in de stad, maar ook op het platteland.’

Vitens heeft daartoe het concept “De Eeuwige Bron” ontwikkeld dat laat zien welke duurzame toekomst in het verschiet ligt door een gebied te benaderen als een eeuwig schone (drink)waterbron. Uitgangspunt is een gebied waarin water leidend is en waar dankzij een eeuwige bron naast waterwinning óók genoeg ruimte is voor andere functies, zoals landbouw, natuur en recreatie. Om het concreter te maken dan alleen een papieren concept werd als voorbeeld de Sallandse Heuvelrug genomen, dat voor wateraanvoer grotendeels afhankelijk is van neerslag. Door de hoeveelheid water die afstroomt terug te brengen door wadi’s, een vaart om het gebied en infiltratievennen die zorgen voor extra sponswerking, ontstaat een hydrologisch eiland waar het hele jaar water aanwezig is.

‘Dat concept delen we heel actief met partijen in het watersysteem, zoals waterschappen, provincies, gemeenten, de landbouwsector en de natuursector. Het vereist een enorm omdenken, maar het laat wel zien dat het kan. Dat je je oude patronen achter je moet laten en dat je nieuwe lijnen moet gaan benutten en dat is best ingewikkeld. Bij Vitens zeggen we, laten we eerst klein beginnen, experimenteren, pilots doen en kijken hoe het werkt. Ook rondom onze eigen winningen. Dus niet alleen praten over wat anderen moeten doen, maar ook wat we daarin zelf kunnen betekenen.’

Steenbreek

Hannema beseft dat het niet alleen de grote ingrepen zijn die het verschil maken, maar ook de micro-ingrepen. ‘Dat wat mensen thuis kunnen doen. Dat is ook van de redenen dat we ons hebben aangesloten bij Stichting Steenbreek. Voor ons zijn hier twee zaken leidend in. Het ene is: groot denken, klein doen. Denken vanuit een duurzame toekomst, maar ook op kleine schaal daar betekenis aan geven. Daarnaast helpt de samenwerking met Steenbreek ons met de communicatie met onze klanten om te laten zien hoe belangrijk het is dat je nadenkt over duurzaam watergebruik, zowel regenwater als drinkwater: hoe ga je in en om huis om met water? De doelstelling is dat mensen minder water gaan gebruiken en anders gaan gebruiken, en dat er minder water wordt afgevoerd naar het riool.’

‘Je komt nooit tot een duurzame samenleving als je water niet als leidend systeem neemt’

‘Blauwe draad’

Overigens moet het anders denken over en omgaan met water niet te lang duren, waarschuwt de Vitens-directeur. ‘We kunnen daar geen 20, 30 jaar over doen. We moeten de komende jaren echt zichtbare stappen zetten en die moeten ook betekenis hebben. Daar moet ook meer aandacht aan gegeven worden. Bij de kabinetsformatie gaat het wel over stikstof, over woningbouw, over energie, maar het woord watertransitie of watercrisis hoor ik niet. Je komt echter nooit tot een duurzame samenleving als je water niet als leidend systeem, als een “blauwe” draad, meeneemt.’