Met het oog op de woningnood kiezen Nederlandse gemeenten voor bouwen in uiterwaarden. Eén van de gemeenten met uiterwaardeambities is Arnhem. De gemeente wil 430 sociale appartementen en gezinswoningen in de uiterwaarde van de Nederrijn bouwen.

De bouw van woningen in uiterwaarden staat haaks op de adviezen van klimaatwetenschappers en afspraken na de overstromingen in ’93 en ’95 om niet meer in deze gebieden te bouwen. De overstromingen in Limburg van dit jaar en het onheilspellende IPCC-rapport bliezen de discussie over bouwen in laaggelegen gebieden opnieuw opleven. Door de toename van extreme weersomstandigheden zullen rivieren in de toekomst namelijk steeds meer regen- en smeltwater te verstouwen krijgen. Bij overstromingen zijn woningen in de uiterwaarden niet verzekerbaar tegen deze schade.

Toch blijven gemeenten nog steeds toestemming geven aan ontwikkelaars om buiten de dijken te bouwen, blijkt uit een recente inventarisatie door Pointer. Van de in totaal bijna 1 miljoen nieuwe woningen die de komende tien jaar op de planning staan, is twee derde in de laaggelegen Randstad gepland, op of onder zeeniveau, zowel binnen- als buitendijks, stelt Alex Hekman van ingenieursadviesbureau Sweco aan Pointer. Al deze gebieden lopen daarmee risico op overstroming. Het aantal nieuwbouwwoningen in het rivierbed van de Maas en de Rijn steeg de afgelopen twintig jaar met 20 duizend, tot een totaal van 80 duizend woningen.

Stadsblokken-Meinerswijk

In Arnhem keurde de gemeenteraad in december 2020 nieuwbouwplannen voor de uiterwaarden Stadsblokken-Meinerswijk goed: bij elkaar 430 sociale appartementen én grondgebonden woningen, vooral geschikt voor starters, (jonge) gezinnen, eenpersoonshuishoudens en senioren. Het wordt ontwikkeld en uitgevoerd voor rekening en risico van projectontwikkelaar KWP.

Een gebiedsvisie in 2012 meldde nog dat de vlakte een flexibel overstromingsgebied moest blijven. Toch werd het nieuwe bouwplan door de Rijkswaterstaat beoordeeld als aanvaardbaar. Het verzet is groot: naast de kritiek van deskundigen hebben Milieudefensie, Arnhemse bewoners en de Stichting Kloppend Stadshart zelfs een rechtszaak aangespannen tegen de gemeente.

Het bestemmingsplan dat onlangs is vastgesteld door de gemeenteraad van Arnhem voorziet volgens de gemeente in meer ruimte voor de rivier. Ook blijft een groot deel van de vrijgekomen grond bestaan als natuurgebied. ‘Als gemeente maakten wij plannen voor Stadsblokken-Meinerswijk met het uitgangspunt dat er juist meer ruimte kwam voor de rivier, én de gemeente Arnhem 126 hectare natuur in handen kreeg’, laat de gemeente in een reactie weten. ‘De woningen zijn een onderdeel van een totaalplan dat het gevolg is van een democratisch proces. Daarnaast heeft er ook gedurende de gehele planvormingsfase een intensief burgerparticipatie- en voorlichtingstraject plaatsgevonden. In 2016 is het uitwerkingskader in een referendum aan de Arnhemse inwoners voorgelegd, waarbij een ruime meerderheid van 67 procent voor de plannen stemde.’

‘Stadsblokken-Meinerswijk draagt bij aan Ruimte voor de Rivier’

Haaks op de kritiek op de Arnhemse plannen stelde de Rijkswaterstaat eerder in een artikel van Follow The Money dat de kans op overstroming van de hoger gelegen delen van het Arnhemse Stadsblokken-Meinerswijk eigenlijk niet bestaat. In 2050 zou de maximale hoeveelheid van 18.000 kubieke meter water per seconde namelijk kunnen worden afgevoerd.

De gemeente Arnhem geeft zelf aan een nevengeul te gaan graven die het waterpeil op de Rijn zelfs moet laten zakken met tien centimeter. ‘Hiermee draag het plan voor Stadsblokken-Meinerswijk juist bij aan Ruimte voor de Rivier, en zorgt het voor nog minder overstromingsrisico’s in de toekomst.’

‘De nieuwbouw van Stadsblokken-Meinerswijk is daarnaast uitsluitend gepland op de hoger gelegen, al verharde, gebieden’, meldt de gemeente. In deze gebieden stond oorspronkelijk industrie, die moest worden gevrijwaard van wateroverlast. ‘Dit gebied ligt op minimaal veertien meter boven NAP. Bij de maximale waterstand is het NAP 13,80 meter, bij 16.000 kubieke meter water per seconde. Dat betekent dat de woningen bij de maximale waterstand droog zullen blijven. Verder worden er geen aanvullende maatregelen getroffen’, aldus de gemeente.

Volgens verschillende tegenstanders is het waterpeil in Arnhem vooral afhankelijk van maatregelen die in Duitsland worden getroffen. De gemeente laat weten dat deze kwestie bij Rijkswaterstaat ligt. ‘Rijkswaterstaat stelt het beleid ten aanzien van onder andere de waterveiligheid vast en monitort de ontwikkelingen rondom de Rijn. In Ruimte voor de Rivier is bepaald dat de Rijn ontzien wordt bij de afvoer van rivierwater dat via de Rijn ons land binnenkomt. De Waal en de IJssel krijgen daarom een grotere rol om het water naar zee te loodsen.’

Dat besluit is volgens de gemeente niet ingegeven met de woningbouw in de uiterwaarden bij Arnhem voor ogen, maar in verband met knelpunten verder stroomafwaarts, in de Lek bij Wijk bij Duurstede. ‘Daar kan Rijkswaterstaat, door bestaande bebouwing, geen extra maatregelen meer nemen om de afvoercapaciteit te verhogen. Deze toename zal daarom via de IJssel worden afgevoerd. Dit is in 2009 wettelijk vastgelegd in de Nationale Waterwet’, zegt de gemeente.

Maatregelen om buitendijks te bouwen

In het stuk van Pointer geven enkele deskundigen aan, zoals Alex Hekman van ingenieursadviesbureau Sweco, de keuze van gemeenten om te bouwen in de Nederlandse uiterwaarden te begrijpen, met het oog op de woningnood. Wel groeit de kans op problemen als er geen gebieden meer overblijven waar het water heen kan stromen. Critici stellen daarom dat de Rijksoverheid meer regie moet nemen met strengere regels voor gemeenten om het bouwen in uiterwaarden tegen te gaan. Het Deltaprogramma 2021 stelt al dat water de randvoorwaarde moet zijn voor al het beleid. Wel laat het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie belangrijke beslissingen over aan de gemeenten zelf.

Om het achterliggende land te beschermen voor toekomstige hoeveelheden water, nemen decentrale overheden en het Rijk op veel plaatsen al maatregelen. Zoals met het Deltaprogramma en het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).

Op verschillende plekken hebben de IJssel, de Waal, de Nederrijn en de Lek al meer ruimte gekregen om het toenemende regen- en smeltwater te kunnen verwerken. Om ook klimaatadaptief te bouwen en op die manier voorbereid te zijn op het water, verschijnen in de ruimtelijke omgeving steeds vaker bijzondere of al langer bekende technieken. Water wordt opgevangen door bijvoorbeeld groene parkeerplaatsen met halfverharding aan te leggen, of door pleinen zo aan te leggen dat ze tegelijkertijd als waterbuffer dienen.

Verschillende deskundigen en provincies wijzen ook naar oudere methoden als mogelijke preventie voor buitendijkse woningen. De ‘Handreiking Overstromingsrobuust inrichten’ van provincie Noord-Holland benoemt het bouwen van woningen op palen, het ophogen van de grond, het aanleggen van een waterkering en zelfs investeren in drijvende woningen. Ook het ontwerpen van waterdicht afsluitbare woningen en gebruik van overstromingsbestendige materialen zijn geen ondenkbare oplossingen.

Onverzekerd bouwen

Omdat uiterwaarden zijn aangewezen als waterberging, zijn huizen in deze gebieden niet verzekerbaar tegen overstromingsschade. Schade door natuurrampen is überhaupt niet verzekerd. Omdat het schadebedrag wel flink kan oplopen en niet vermijdbaar is, riep de overheid de Wet tegemoetkoming schade bij rampen en zware ongevallen (Wts) in het leven. Bijzonder: afgelopen zomer kregen ook boeren in de uiterwaarden van de Maas, die door de overstromingen van juli schade leden aan hun gewassen, een schadevergoeding via deze Wts-regeling.

Met het vooruitzicht dat zware regenval steeds vaker voorkomt, zal een verzekering voor woningen in uiterwaarden die lijden onder zware regenval echter uitblijven. ‘Iets in het winterbed verzekeren is helaas een utopie. Maar door klimaatadaptief te bouwen is theoretisch wel meer mogelijk’, laat het Verbond van Verzekeraars weten. ‘Hoe meer zekerheden op het gebied van veiligheid en inzicht hierin, hoe groter de kans dat iets verzekerd kan worden. Op dit moment zijn verzekeraars hier echter nog niet mee bezig.’